Jonge hoogopgeleiden willen wonen in een stad waar iets te beleven valt
Sociale interactie belangrijker dan de voorziening zelf
De aanwezigheid van aansprekende vrijetijdsvoorzieningen wordt beschouwd als een van de belangrijke factoren voor een aantrekkelijk vestigingsklimaat. Maar is dat wel zo? Nienke van Boom (NHTV/TiU) doet al enige jaren onderzoek op dit terrein en kon deze week de eerste voorlopige resultaten presenteren. Pas over een paar jaar is haar PhD-onderzoek, dat wordt ondersteund door Leisure Academy Brabant, af en kunnen we definitieve conclusies trekken. Toch leverden de eerste resultaten al verrassende inzichten op.
Hoe kunnen steden of regio’s hoog opgeleiden aantrekken of behouden?
Hamvraag van de middag was de rol van vrijetijdsvoorzieningen in het vestigingsklimaat voor jong hoog opgeleid talent. Hoe kunnen steden of regio’s hoog opgeleiden aantrekken of behouden? Het is aangetoond dat steden met een hoge concentratie hoog opgeleiden innovatiever, veerkrachtiger en productiever zijn.
Wat is de rol van de vrijetijdsomgeving in de woonplaatskeuze van jonge hoogopgeleiden?
Veel steden en gebieden willen daarom aantrekkelijk zijn voor jonge talenten. Het is daarbij wel de vraag of talenten op bedrijven afkomen of dat talenten bij elkaar komen omdat ze daar voorzieningen treffen die bij hun levensstijl passen en dat vanwege de aanwezige talentenpool bedrijven zich juist daar vestigen. Het universele vraagstuk van de kip of het ei. De stelling ‘jobs follow people’ is goed te beargumenteren maar daar ging het deze middag niet om. Van Boom stelt in haar onderzoek het gedachtegoed van Richard Floriada, auteur van The Rise of the Creative Class uit 2002 ter discussie die beweert dat de aanwezigheid van vrijetijdsvoorzieningen daarbij een belangrijke rol speelt. Dit boek heeft veel citymarketeers geïnspireerd om hun stad aantrekkelijk te maken voor kenniswerkers. Maar het is maar de vraag of steden werkelijk kenniswerkers aantrekken met een leuk museum, theater en wat aantrekkelijke lofts. En kunnen steden zich daadwerkelijk onderscheiden op basis van dergelijke vrijetijdvoorzieningen? Of moeten we op een andere manier kijken naar vrijetijdsomgeving om de rol in de woonplaatskeuze van jonge hoogopgeleiden te begrijpen?
Nienke van Boom onderzoekt momenteel hoe het dan wel werkt. Daartoe heeft ze een kleine tien groepsgesprekken gevoerd met recent afgestudeerden van verschillende Brabantse universiteiten en HBO-opleidingen. Duidelijk is dat het woonkeuzeproces complex is. Is de keuze voor een woonplaats wel een rationeel proces en welke rol speelt de aanwezigheid van vrijetijdsvoorzieningen in het geheel?
Wat verstaan we onder het begrip vrijetijdsvoorziening?
Daartoe moeten we eerst
het begrip vrijetijdsvoorziening onder de loep nemen. Volgens Van Boom zit een
aantrekkelijk vrijetijdsklimaat niet in de aanwezigheid van een losstaande
voorziening, maar in een set aan voorzieningen die passen bij iemands interesse
of levensstijl. Ze gebruikt dan ook liever de Engelse term ‘leisure amenity’.
Volgens Boom is een vrijetijdsvoorziening een structuur waar mensen samenkomen
op een bepaalde tijd en plek. Het is een ruimte voor sociale interactie waar
een bepaalde actie of focus centraal staat.
Voor de gebruiker staat plezier, betekenis en/of beleving voorop.
Samengevat
kunnen we vrijetijdsvoorzieningen beschouwen als contexten voor betekenisvolle
sociale ervaringen. Er gebeuren dingen en er ontstaan dingen. Het gaat niet
alleen om de plek en de activiteit maar om de sociale context en de betekenis
die de plek heeft voor de mensen; de sociale samenkomst en de versterking van
het groepsgevoel.
Plaats als ruimtelijk ankerpunt voor sociaal netwerk
De plaats fungeert in de optiek van Van Boom veel meer als ruimtelijk ankerpunt voor het sociale netwerk. Als je de rol van vrijetijdsvoorzieningen goed wil begrijpen dan moet je jezelf afvragen welke rol de vrijetijdsvoorzieningen in de stad of regio spelen als ankerpunt in het sociale netwerk van jonge hoog opgeleiden. In haar onderzoek staan vier vragen centraal:
- Hoe en op welke wijze spelen vrijetijdsvoorzieningen een rol?
- Is er een verschil tussen de verschillende sociale groepen?
- Welke verschillen zijn er tussen expats en Nederlanders?
- Hoe sterk is in de afweging de factor vrijetijdsvoorzieningen ten opzichte van bijvoorbeeld werk en huisvesting?
Een complex en gelaagd keuzeproces
Een eerste voorzichtige conclusie duidt op een complex en gelaagd keuzeproces waar toevalligheden een grote rol spelen. Een woonkeuze begint vaak op regionaal niveau waarbij het begrip ‘in de buurt’ voor de één een loopafstand betekent en voor de ander een ritje van 20 minuten met de auto. Het is wel duidelijk dat de nabijheid van vrienden belangrijker lijkt dan de directe nabijheid van de werkomgeving. Jonge hoog opgeleiden maken bovendien een ‘tijdelijke’ keuze. Ze verwachten er niet langer dan 10 jaar te wonen. Bereikbaarheid is belangrijker dan nabijheid. Dat verklaart ook de populariteit van ov-knooppunten in de vestigingsplaatskeuze van jongeren.
Er moet iets te beleven zijn
Vrijetijdsvoorzieningen spelen volgens de eerste voorzichtige conclusies van Van Boom in het keuzebeslissingsproces wel een rol maar niet zoals veel beleidsmakers denken. Zelden of nooit wordt een specifieke voorziening door de ondervraagden genoemd. Wat veel terugkomt is dat er ‘iets te beleven’ moet zijn. Dat kan een bepaalde scene, evenement of activiteit zijn. Jonge hoog opgeleiden zoeken daarbij nadrukkelijk naar plekken voor hun sociaal netwerk. Dat kunnen horeca, clubs of andere uitgaansgelegenheden zijn maar ook spontane ontmoetingsplekken (het park) kunnen een grote rol spelen. Ze zijn verder erg gevoelig voor het imago, de sfeer en het beeld van een centrum. Daarbij prefereert de ene een meer historische omgeving en geeft de ander meer de voorkeur aan een moderne kosmopolitische omgeving.
Beleidsmakers moeten keuzes maken
Aan het eind van haar presentatie introduceerde Boom een schema met vier kwadranten en twee assen waarin jonge hoog opgeleiden kunnen worden geplaatst. Ze heeft daarbij gekeken naar de sociaal-ruimtelijke binding (sterk-zwak) en de levensfase (flexibel-stabiel). De beïnvloedbaarheid en factoren die een rol spelen de vestigingskeuze van jonge hoogopgeleiden is in elk kwadrant weer anders. Beleidsmakers zullen dus allereerst een duidelijke keuze moeten maken op welke groep zij zich willen richten en welke instrumenten daar effectief kunnen zijn.
Samenvatting
Samengevat worden vrijetijdsplekken wel degelijk in de afweging meegenomen maar op een totaal andere manier dan we denken. Het gaat meer om het faciliteren van de ontmoeting, de sociale interactie dan om de voorziening op zich. Advies is dan ook om meer te investeren in het faciliteren van sociale netwerken dan in een toonaangevende voorziening.
Blog
Lees hier ook het blog van Nienke van Boom: 'Buitenlandse kenniswerkers, het zijn net mensen'