Sector moet zich openstellen voor discussie over vitaliteit
Werknemers
in de recreatiebranche zijn trots op hun werkzaamheden en het bedrijf waar ze
voor werken. Een meerderheid voelt zich ook gewaardeerd. Toch is het met zowel
de fysieke als psychische gezondheid minder goed gesteld. Zo verwacht 13% van
de medewerkers in de toekomst klachten te gaan krijgen. Experts vinden dat de
sector zich meer moet openstellen voor een discussie over vitaliteit. 13% van de campingmedewerkers is serieus op zoek naar een andere baan,
tegenover 6% van medewerkers bij een bungalowpark en zwembad.
Dat en nog veel meer blijkt uit onderzoek van het Sociaal Fonds Recreatie onder 389 medewerkers en 9 werkgevers van zwembaden en recreatiebedrijven.
Sectorschets
De recreatiebranche heeft enkele bepalende structuurkenmerken. De sector kenmerkt zich door veel kleine mkb-bedrijven en een handje vol grote (keten)bedrijven met kleine locaties. Daarnaast speelt het seizoensmatige karakter een grote rol.
In de recreatie werken relatief veel vrouwen (66%). Het grootste percentage van de medewerkers is ouder dan 45 jaar (37%). Tussen de verschillende subsectoren zijn grote verschillen. In zwembaden is zelfs 43% ouder dan 45 jaar. De meeste jonge werknemers werken op campings. 53% van de medewerkers heeft een contract voor onbepaalde tijd. De rest heeft een 0-urencontract of een contract voor bepaalde tijd. Over het algemeen geldt: hoe lager de leeftijd, hoe meer tijdelijke contracten. Gemiddeld werken de medewerkers ruim acht jaar bij een bedrijf in de sector en ruim tien jaar in de recreatiesector. De meeste medewerkers hebben een mbo-opleiding (43%).
Trots
Van alle medewerkers in de sector is 79% trots op zijn werkzaamheden en 60% op
hun bedrijf. 58% voelt zich gewaardeerd. Oudere medewerkers zijn vaker trots op
hun werkzaamheden dan hun jongere collega’s. Daarentegen voelen oudere
werknemers zich minder gewaardeerd in het werk dan jongeren. De geïnterviewde
werkgevers schatten de trots op het bedrijf van medewerkers lager in dan
werkelijk ervaren door medewerkers en waardering voor het werk lager.
Vitaliteit
Medewerkers in de recreatie voldoen vaker dan het Nederlands gemiddelde -volgens eigen zeggen- niet of niet voldoende aan de psychische werkeisen (21%, gemiddelde Nederland 10%). Vaker wordt niet aan de lichamelijke werkeisen voldaan (34%, gemiddelde Nederland 11%). 13% van de werknemers verwacht dat men in de toekomst meer last zal krijgen van klachten (lichamelijk en/of psychisch). Veertig procent van de medewerkers wil afspraken maken met de werkgever over hoe zij vitaal en gezond kunnen blijven in de toekomst . 44% van de werkgevers wil dit ook. Experts uit de sector geven aan dat de cultuur eerst veranderd moet worden. Er moet gesproken kunnen worden over vitaliteit en alles wat ermee samenvalt.
"Niet ‘pappen en nathouden’, maar concrete afspraken maken.”
Opleiden & Ontwikkelen
De
helft van de medewerkers vindt dat zij over het algemeen de juiste opleiding
voor het werk hebben. 21% zegt dat men is opgeleid voor een ander beroep.
Medewerkers in zwembaden zijn vaker specifiek voor het vak opgeleid: 71%.
Medewerkers op een camping zeggen vaker dat ze voor een ander beroep zijn
opgeleid: 29%.
Eenderde van de geïnterviewde bedrijven geeft aan jaarlijks met medewerkers te praten over hun ontwikkel- en toekomstplannen. 81% van de medewerkers wil graag afspraken maken met de leidinggevende over hun eigen ontwikkeling. Toch komt er uit de enquête dat er slechts in 39% van de gevallen afspraken gemaakt worden over de ontwikkeling van de medewerker.
"Wat ik zelf heel belangrijk vind is het ontplooien van mezelf. Er moet binnen vele branches veel meer geïnvesteerd worden in opleidingen, ik denk dat daar wel behoefte aan is.”
Medewerkers willen afspraken maken over het volgen van korte cursussen, coaching en carrièremogelijkheden. Werkgevers willen ook graag afspraken maken over het volgen van cursussen en coaching op de werkvloer en als derde over het volgen van beroepsopleidingen (BBL, duaal). Werkgevers vinden afspraken over carrière minder belangrijk.
Baan je toekomst
Oudere
medewerkers willen hun baan vaker behouden dan jongere medewerkers: 92% van de 45-plussers.
Over het algemeen geldt: hoe hoger de leeftijd hoe liever medewerkers hun baan
willen houden. Zij zijn niet van plan te solliciteren voor hun laatste werkzame
jaren of zijn ervan overtuigd toch geen baan te vinden. Redenen
voor medewerkers om de sector te verlaten hangt af van hun leeftijd.
Oudere medewerkers zouden van baan willen wisselen vanwege:
• werksfeer (28%)
• lichamelijke belasting (24%)
• werkdruk (16%)
De medewerkers tussen de 25 en 44 jaar zouden van baan willen wisselen vanwege:
• salaris (48%)
• werksfeer (30%)
• privé-werk balans (20%)
De jongeren zouden van baan willen wisselen vanwege:
• weinig carrièremogelijkheden (41%)
• inhoud van het werk (24%)
• soort werk (15%)
13% van de campingmedewerkers is serieus op zoek naar een andere baan, tegenover 6% van medewerkers bij een bungalowpark en zwembad. 11% van de jongeren is op dit moment (winter 2014) op zoek naar een andere baan, terwijl dat bij de 45-plussers 6% is.
En nu?
Met de resultaten van dit onderzoek is meer inzicht verkregen in de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en kan beleid worden ontwikkeld om de recreatiesector voor te bereiden op de toekomst. Een samenvatting , de gehele rapportage en de resultaten in beeld van het onderzoek zijn te vinden op de website van Baan je toekomst: www.baanjetoekomst.nl en de website van SFRecreatie.