Dirt is the mark of ownership
‘Dirt is the mark of ownership’: hoe smeriger je huis, je ruimte, hoe meer je er aan gehecht bent. Dat maakt nieuwsgierig. Het is een verrassende benadering die de lading zeker dekt na het lezen van het boek. Hetgeen met het begrip ‘untidiness’ op verschillende wijzen wordt beargumenteerd is dat toerisme niet louter de betalende ‘cliënt’ moet bedienen maar ook de ‘untidy guest’: de gast die onverwacht, en misschien wel, ongewenst gedrag vertoont.
Daarmee vragen de auteurs aandacht voor andere waarheden dan de bekende en geijkte waarheden waar doorgaans vanuit gegaan wordt in het veld van toerisme en gastvrijheid. De auteurs benadrukken dat juist wanneer we het onverwachte, het ongewone of het onduidelijke aanschouwen en aandacht geven, we wel moeten verbinden, het sleutelwoord in de ‘andere’ waarheden. Verbinden met elkaar, met de omgeving en met nieuwe situaties. En dat is misschien wel de kern van toerisme.
In het vertrouwde toerismejargon is immers weinig tot geen plaats voor ‘het andere’ maar is sprake van een duidelijke ‘taakomschrijving’ van zowel de gast als de host. De betalende gast wordt bediend en krijgt wenselijke ervaringen voorgeschoteld van de host.
Echter, in een samenleving waarin ‘otherness’ orde van de dag is, waar de verscheidenheid aan mensen en wensen groter en groter wordt is de gebruikelijke waaier aan concepten niet meer toereikend en is een uitbreiding noodzakelijk. Gastvrijheid verdient een bredere betekenisgeving. Gastvrijheid is niet het je toe-eigenen van openbaarheid zodat het van jezelf wordt maar gastvrijheid is het openstellen van je privédomein en veranderen in toegankelijkheid voor anderen.
In het boek wordt in afzonderlijke bijdragen van auteurs bovenstaande geïllustreerd aan de hand van verschillende beschreven concepten in relatie tot verschillende thema’s te weten onzekerheid, parasiteren, stilte, afleren en toevalligheid. Steeds wordt nadruk gelegd op verstoren in plaats van onderhouden, op het individu samen met andere mensen en op de aandacht voor het andere. Ieder thema start vanuit het midden, vanuit rommeligheid, vanuit activiteit en creativiteit.
De verschillende hoofdstukken beschrijven allemaal twee of meer gasten (lees theoretici), zijn multidisciplinair van opzet, en kennen een narratieve stijl. Toerisme wordt opgevat als vertegenwoordiger van verandering in de wereld in plaats van een onschuldige toehoorder en reporter in de veranderende wereld. Met andere woorden: toerisme moet aan de bak.
Zo gebruikt Jennie Germann Molz in ‘Camping in Clearing’ het kamperen als een metafoor voor het leven in een onzeker wereld. Vrijwillig op zoek naar mogelijkheden binnen beperkt aanbod. Mooi is ook de dialoog in de bijdrage an Olli Pyyhtinen (Paradise with/out Parasites) waarbinnen het concept van parasiteren wordt beschreven. Het is een spannende manier van lezen. Mocht je de film nog niet hebben gezien dat is dat na het lezen van dit hoofdstuk zeker een must ‘to understand that the tourist of the Beach is a parasite that threatens to eat away any paradise’. In feite is het de romantische vorm van de ‘tourist gaze‘ , uiteengezet door Urry (2002); de honger naar ongestoord natuurlijk schoon welke bedreigd wordt door teveel uniforme ‘honger’ naar dergelijke plaatsen. Alexander Grit’s bijdrage ‘Messing around with Serendipities’ neemt ons mee naar het Zuiderzee Museum in Enkhuizen en concludeert hoopvol dat ‘spaces of hospitality (…) have the potential to become spaces that enhance life itself.’
In alle bijdragen wordt steeds de vraag gesteld wat de rol van de ander is in toerisme en toerisme-onderzoek. Juist in een wereld die steeds voller wordt is het waardevol te bezien hoe toeristen tussen andere toeristen beleven, ervaren en zich gedragen. Het hedendaags toerisme kan echter niet zomaar worden beschreven met ouderwetse concepten. Zowel de gast als de host hebben nieuwe concepten nodig zodat de hedendaagse toerist in al haar verscheidenheid beter kan worden bediend. Dit boek probeert daar een bijdrage aan te leveren. Het is geen gemakkelijk leesbaar boek voor op het nachtkastje, maar het is zeker een aanrader.