Sorry wereld. Ik blijf gewoon vliegen.
Ruim 33 jaar ben ik met veel plezier werkzaam in een geweldige bedrijfstak: de reisindustrie. 33 jaar reizen, passie, hoogtepunten, dieptepunten, omwentelingen, gedrevenheid, creativiteit, frustratie, onbegrip, verwondering, bewondering, kansen, evalueren, leren en tientallen andere aspecten die bij het zelfstandig ondernemerschap horen. Drie bekoorlijke decennia die als een wervelwind langs geraasd zijn. Prachttijden.
Maar dit jaar slaat die blije stemming toch een beetje om naar een bedremmelde gemoedsrust. Komt door de klimaatdiscussie. Allemachtig, je kunt geen krant meer lezen, webpagina openen, tv kijken of naar de radio luisteren of je wordt er mee om je oren geslagen. De aarde gaat naar de Filistijnen als we geen maatregelen nemen. Ieder weldenkend mens – waaronder ik mijzelf reken – neemt die boodschap dan toch even ter harte. Vandaar dat knagend gevoel dat boven komt drijven. Want ons werk behelst het promoten van veel mooie bestemmingen op deze aarde die veelal alleen per vliegtuig, auto, bus of trein bereikt kunnen worden. Vervoersmiddelen die vervuilen dus.
Deze week was ik naar de presentatie in Amsterdam van het vernieuwde National Geographic Traveler reisblad. Gezellige bijeenkomst en gebabbeld met vakgenoten en veel journalisten over ons vak, de reisjournalistiek en hun reisplannen voor volgend jaar naar alle uithoeken van de wereld. Niemand had het over het klimaat. Heerlijk. In opperbeste stemming reed ik terug naar Den Haag, zette de radio aan… gaan we weer… transavia.com CEO Matthijs van den Brink werd geïnterviewd en uiteraard werd ook hem gevraagd wat zijn maatschappij aan het milieu doet en gaat doen. Bij thuiskomst op de bank geploft en een beetje zappen. Komt Midas Dekkers in beeld die doodleuk zegt dat de wereld vergaat als we niet MINDER MINDER MINDER gaan consumeren en op vakantie gaan. Als toetje werd ik daarna getrakteerd op het NOS programma Wat een weer! waarin de kwalijke gevolgen van de klimaatsverandering luid en duidelijk in woord en beeld naar voren kwamen.
Wil ik de rest van mijn werkzame en pensionado leven niet met dit dilemma opgescheept blijven zitten, moet ik toch een standpunt gaan innemen. Heb ik gedaan. Ik blijf vliegen.
3 procent van de Chinese bevolking reist nu, straks wordt dat 10 procent, dus wordt mijn niet-meer-in-het-vliegtuig-stappen genadeloos tenietgedaan door hun reisdrang. Die ik hen van harte gun. De vliegtuigindustrie zelf is verantwoordelijk voor schonere en stillere vliegtuigen, wordt het ticket dan 100 euro duurder betaal ik dat met alle liefde. Of neem ik de trein wanneer de prijs van een kaartje zoals nu vaak het geval is niet langer het dubbele of meer van een vliegticket kost. En zekers, mijn volgende auto wordt een elektrische. Geloof me, ik wil mijn steentje bijdragen.
Voor allen die mij nu meedogenloos wensen neer te sabelen met hun ‘Een schoner klimaat begint bij jezelf’ aanvalsretoriek omdat ik tot in lengte van dagen in het vliegtuig blijf stappen, wees gerust… ik doe er meer aan dan jij. Ik eet geen vlees én heb geen kinderen. Een zegen voor de aarde.
Ik wens u een mooi reisjaar.