Kiezen voor Europa?
Open grenzen. Het onheil dat op ons af kan komen, wordt breed uitgemeten. Bederf van de arbeidsmarkt, onze eigen economie, nieuwe criminaliteit en ga zo maar door. ‘Europa’ is slecht voor ons. Veel minder lees je over wat we aan Europa hebben. En op wereldniveau ontwikkelt ons werelddeel zich toeristisch niet goed. De marktgroei in internationaal reisverkeer in Europa blijft achter op de wereldgroei meldt Eduardo Santander van de European Travel Commission. Europese aanbesteding is lastig. Kijk maar naar de discussies rond het OV. Maar Nederland profiteert wel. We zijn tegen inmenging in ons land, maar zijn zeer actief in het buitenland. Dankzij de Europese mogelijkheden. Europa is goed?
We hebben een wereldeconomie. Iets wat we in de reiswereld altijd omarmd hebben. ‘Europa’ jaagt onze concurrentiekracht aan. Daar profiteren we in Nederland ook van en we kunnen nog meer profiteren van de Europese aanjaagfunctie als we meer rekening houden met wat ‘Europa’ zelf (politiek) wil bereiken.
Mijn ervaring is dat ‘Europa’ goed luistert. Neem het traject voorafgaand aan het gelanceerde European Tourism Quality Recommendation. De industrie werd uitgebreid geraadpleegd, suggesties werden meegenomen, maar sneuvelen soms in de interne (politieke) afstemming. Complex. Soms abusievelijk benoemd als bureaucratie. Er wordt echter wel degelijk geluisterd naar de markt en er wordt gereageerd op hun wensen. Maar samenwerken gaat alleen als iedereen er een stukje voordeel bij heeft. Iedereen heeft een eigen ‘agenda’, eigen doelstellingen; zo ook in ‘Europa’. Die heeft ook eigen doelstellingen, vastgelegd in ambities en politieke afspraken. De complexiteit van de vele stakeholders rond een toeristisch bestemming maakt dat samenwerken essentieel is en ervoor te zorgen we succes kunnen behalen. Niet eenvoudig, maar wel de sleutel tot succes.
Natuurlijk heeft het ‘opengooien’ van de grenzen ook nadelen, zoals soms marktverstoring op meso- en microniveau. Maar per saldo krijgen we er in toerisme meer (potentiële) bezoekers bij. De intra-europese markt groeit in volume en is goed voor meer dan 80% van het internationale bezoek in ons werelddeel. Na de Tsjechen en Oost-Duitsers in de 90-er jaren, zien we nu de voormalige USSR inwoners als nieuwe toeristen in ons land.
De wereldmarkt groeit nog harder, en we moeten onze krachten bundelen om ook ons marktaandeel daarin weer te laten groeien. Geen toeristische missies van 50 verschillende landen en steden naar China in dezelfde maand, maar hier anders te werk gaan. Uiteindelijk zijn we intercontinentaal één bestemming. Zoals China en de VS één bestemming voor ons vormen. De European Travel Commission vaart een nieuwe, opvallende marketingkoers om Europa internationaal op de kaart te zetten. Gericht op meer bezoekers, goed voor de Europese (en onze) reisverkeersbalans. Goed voor het internationale imago en dus ook goed voor onze economie. En uiteindelijk vertaalt die zich weer in werkgelegenheid en bestedingen van de Nederlanders lokaal. Onze binnenlandse bestedingen zijn afhankelijk van het internationale succes van Europa.
Voor mij is de cirkel is rond. Europa moet.