Nog 1,5 miljoen filmconsumenten bereikbaar

In het onderzoeksrapport van NBTC en Gastvrij Nederland , genaamd ‘Kerncijfers 2012 Gastvrijheidseconomie‘ valt af te lezen dat Nederlanders in 2010 zo’n 107 miljoen vrijetijdsactiviteiten in de cultuursector hebben ondernomen. Binnen deze vrijetijdsactiviteiten namen bioscoop en filmhuis bezoeken een aandeel van 40 procent in. Hiermee was het, op het gebied van cultuur, de populairste vrijetijdsactiviteit in dat jaar. Voor het jaar 2012 komt dat neer op 30 miljoen bioscoopbezoeken, een groei van 0,6% ten opzichte van 2011. De Nederlandse filmproducties deden het echter minder goed in 2012. Ten opzichte van 2011 was er een afname van bijna 2 miljoen verkochte toegangskaartjes te constateren. In dat jaar werden er namelijk nog zo’n 7 miljoen kaarten verkocht, in 2012 waren dit er 5 miljoen. De Nederlandse filmproductie kan zijn marktpositie echter op afzienbare termijn uitbreiden met 1,5 miljoen filmconsumenten die nu nog niet betalen voor Nederlandse films, maar die dat wel zouden willen.
Voorwaarde bereiken nieuw publiek
Een belangrijke voorwaarde voor het bereiken van dat nieuwe publiek is de productie
van een breder aanbod van genres en type films - voor een groot publiek,
crossover en arthouse - en een groter productievolume dan nu het geval is.
Daarmee zou de Nederlandse filmproductie beter kunnen inspelen op de wensen van
de verschillende publieksgroepen. Verder blijkt een betere spreiding van de
films gedurende het jaar stimulerend te werken voor het aantal bezoekers.
Een breder scala aan Nederlandse
filmproducties nodig
Ook de frequentie van het bioscoop- en filmtheaterbezoek aan Nederlandse
filmproducties kan worden verhoogd. Dat kan onder meer worden gestimuleerd door
een betere spreiding door het jaar van de uitbreng van nieuwe Nederlandse
filmproducties, meent EYE Film Instituut Nederland.
Onderzoek ‘Het publiek en de Nederlandse
speelfilm’
Dit zijn enkele conclusies en aanbevelingen uit
het onderzoek ‘Het publiek en de Nederlandse speelfilm – een verkenning van de
nationale markt’, uitgevoerd door de Stichting Filmonderzoek en Paul Verstraeten/Filmtest,
in opdracht van EYE Film Instituut Nederland, de Nederlandse Vereniging van
Bioscoopexploitanten (NVB) en de Nederlandse Vereniging van Filmdistributeurs
(NVF). De resultaten van het onderzoek zijn dinsdagmiddag 1 oktober in Utrecht
gepresenteerd op het Nederlands Film Festival.
Taal en
herkenbaarheid
De taal en herkenbaarheid zijn belangrijk voor de uitgesproken voorkeur voor Nederlandse
filmproducties. Dat is vooral de reden voor de populariteit van Nederlandse
filmproducties bij jongeren, ouderen (55+), ouders met jonge kinderen, lager
opgeleiden en het publiek dat niet in de grote steden woont. Ouderen geven om
die reden zelfs eerder de voorkeur aan Nederlandse filmproducties dan aan
Amerikaanse.
In 10 jaar 6% stijging voorkeur Nederlandse
filmproducties
De concurrentiekracht van Nederlandse
filmproducties ten opzichte van het Amerikaanse aanbod is in de afgelopen tien
jaar toegenomen. Als het publiek blindelings zou moeten kiezen geeft 21% van de
Nederlanders de voorkeur aan een Nederlandse filmproductie en 38% aan een
Amerikaanse. De rest van het publiek heeft geen specifieke voorkeur. Tien jaar
geleden zou nog maar 15% kiezen voor een Nederlandse filmproductie.
Nu en tien jaar geleden
Het publieksonderzoek laat verder zien dat het belang van Nederlandse
filmproducties groot is. De helft van de volwassen Nederlanders kijkt graag
naar Nederlandse filmproducties en bijna elke volwassen Nederlander (94%) ziet
ook daadwerkelijk Nederlandse filmproducties. De grootste groep (81%) doet dit
via de gratis tv-zenders en meer dan de helft (53%) van de Nederlanders betaalt
ook voor Nederlandse filmproducties in de bioscoop, het filmtheater of om die
thuis te zien. In vergelijking met tien jaar geleden spreekt de Nederlandse
filmproductie tegenwoordig bredere groepen aan. Dat blijkt onder meer
uit de toegenomen waardering: 60% van de Nederlanders vindt Nederlandse
filmproducties beter geworden. Vooral onder jongeren (16-23 jaar) is de
waardering in tien jaar sterk toegenomen.
Oxford
Economics bepleit actief stimuleringsbeleid overheid
De aanbevelingen van het publieksonderzoek sluiten aan bij het eerder gepresenteerde
onderzoek Economic contribution of the Dutch film and audio-visual industry van
onderzoeksinstituut Oxford Economics, dat een actief stimuleringsbeleid bepleit
van de Nederlandse overheid in de vorm van een fiscale of economische
maatregel.
Het onderzoek is uitgevoerd door middel van een uitgebreid kwantitatief onderzoek onder een representatief panel van 8000 respondenten van 16 jaar ouder. Na enkele selectievragen over filmconsumptie en een algemeen oordeel over Nederlandse filmproducties, hebben ruim 4000 mensen vragen beantwoorden over hun voorkeuren en behoeften ten opzichte van Nederlandse speelfilms. Daarnaast is er een aanvullend onderzoek uitgezet onder ruim 600 10 t/m 15 jarigen. Het onderzoeksrapport wordt deze week gepubliceerd en kan hier worden gedownload.