Effect windmolens op kusttoerisme, deel 2
Windparken staan volop in de belangstelling, positief en negatief. De doelstellingen in het Energieakkoord (14% van de energie in 2020 duurzaam) vragen om meer windturbines, zowel op land als op zee. Met name kustgemeenten en de toeristisch-recreatieve branche vrezen voor negatieve gevolgen.
ZKA deed in opdracht van het ministerie van EL&I onderzoek onder meer dan 2.000 verblijfstoeristen en dagrecreanten naar de effecten van een windpark op zee op toerisme en recreatie. In het eerste deel van dit 2-delige artikel werd ingegaan op de achtergronden en hoofdconclusies van het onderzoek. In dit tweede artikel komen enkele belangrijke resultaten aan bod.
Vrij uitzicht over zee en vrije horizon belangrijke aspecten
Aantasting van het vrije uitzicht over zee is een belangrijk aspect dat
mogelijk negatieve effecten zou kunnen hebben. Uit het onderzoek blijkt dat het
uitzicht over zee inderdaad zeer belangrijk wordt gevonden. Circa 90 procent
van de kustbezoekers vindt het uitzicht over zee (zeer) belangrijk. Een vrije
horizon wordt door een iets kleiner aandeel belangrijk gevonden, maar is nog
altijd een belangrijk aspect: ruim 70 procent van de Nederlanders, voor de
Duitse verblijfstoeristen is dat 80 procent.
Hoe dichter bij de kust windpark, hoe nadeliger het effect
Een windpark voor de kust maakt het uitzicht op
zee duidelijk minder aantrekkelijk. Hoe dichter bij de kust, hoe groter
(nadeliger) het effect. Dit blijkt uit het rapportcijfer dat de bezoekers aan
de foto’s met een windpark geven ten opzichte van de foto zonder windpark. Het
gemiddelde rapportcijfer neemt sterk af bij een windpark dichter bij de kust
(zie tabel).
Windpark tast niet alleen uitzicht aan
Aantasting van het uitzicht over zee en de vrije
horizon is niet het enige dat als minder aantrekkelijk wordt beoordeeld. De
aanwezigheid van een windpark straalt ook negatief af op andere aspecten zoals
de natuur, gemoedelijke sfeer en de beoordeling van het strand als mooi strand.
Dit zogeheten "horn-effect” gaat voor alle drie de onderzoeksgroepen op bij een
windpark op 6 kilometer en 13 kilometer en voor de Nederlandse
verblijfstoeristen ook voor een windpark op 22 kilometer voor de kust.
Beoordeling foto’s (gemiddeld rapportcijfer voor uitzicht op zee)
Beleving van kust negatief beïnvloed
Een windpark op 6 kilometer voor de kust zal de
beleving van de Nederlandse kust voor ongeveer 45 procent van de Nederlandse
toeristisch-recreatieve bezoekers en circa 35 procent van de Duitse
verblijfstoeristen (enigszins) negatief beïnvloeden. Dit aandeel neemt af
naarmate een windpark verder uit de kust ligt: 20-35 procent bij een windpark
op 13 kilometer en 5-25 procent bij een windpark op 22 kilometer.
Uitzondering
Er is ook een groep waarbij een windpark een (enigszins) positief effect heeft
op de beleving, maar deze groep is kleiner dan de groep die een (enigszins)
negatief effect aangeeft. Per saldo zal het effect op de beleving dus negatief
zijn.
Ook bezoekintentie negatief beïnvloed
De negatieve beleving werkt door in een lagere
bezoekintentie. Dit geldt vooral voor een windpark op 6 kilometer en 13 kilometer
voor de kust. Bij een windpark op 6 kilometer neemt de groep Nederlandse
toeristen en recreanten die deze kust (waarschijnlijk) niet wil bezoeken toe
van circa 5 procent (foto zonder windpark) tot ongeveer 20-25 procent. Bij een
windpark op 13 kilometer liggen deze percentages op ongeveer 10-15 procent. Bij
een windpark op 22 kilometer neemt de bezoekintentie nauwelijks af.
Rol windpark in beslissingsproces
Een vergelijkbaar beeld is er als het gaat om de rol van een windpark in het
beslissingsproces voor een (korte) vakantie, respectievelijk recreatief
(dag)bezoek. Bij een windpark op 6 kilometer zal circa 22 procent van de
toeristen deze bestemming (waarschijnlijk) minder vaak of niet meer bezoeken.
Bij een windpark op 13 kilometer is dat ongeveer 8-15 procent en bij een
windpark op 22 kilometer circa 2-9 procent.
Eindconclusie
Het is duidelijk dat een windpark op korte afstand
voor de kust negatieve effecten heeft op toerisme en recreatie aan de kust. Op
landelijk niveau zal deels sprake zijn van substitutie naar andere
kustbestemmingen of andere toeristisch-recreatieve gebieden. Maar ook dan zijn
de effecten per saldo negatief, blijkt uit de MKBA. Op gebiedsniveau – een
kustplaats/-strook of eiland – zal dat zeker gelden. Wat de (economische)
effecten precies zijn zal per gebied verschillen. De samenstelling van het
toerisme, bezoekmotieven en (landschappelijke) karakter van het gebied spelen
hierbij mede een rol.