Mantelzorg gaat ten koste van vrije tijd
Voor de gastvrijheidssector liggen hier zowel bedreigingen en kansen. Teruglopende vrije tijd is nooit goed nieuws voor de sector aangezien consumenten dan minder tijd hebben om een vrijetijdsactiviteit te ontplooien. Aan de andere kant zijn er natuurlijk ook kansen om mantelzorgers met mooie vakantie-zorgarrangementen te ontlasten. De belangrijkste conclusies uit het onderzoek:
- Het aantal mantelzorgers onder werkenden groeit: van 13% in 2004 naar bijna 18% in 2012.
- De toename is het sterkst onder vrouwen van 45-65 jaar en mensen met een werkweek tot 28 uur. Deze groepen geven veruit het vaakst hulp.
- Werkenden die met mantelzorg beginnen, verminderen hun arbeidsduur niet vaker dan anderen. De hulp gaat dus vaak ten koste van de eigen vrije tijd.
- Het verzuim van werkenden stijgt na het oppakken van mantelzorg. Dat is vooral zo als de zorg al minstens twee jaar duurt.
Dit zijn de belangrijkste bevindingen van de SCP-publicatie ‘Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk’ die dinsdag 24 maart 2015 verschijnt. In dit rapport beschrijven onderzoekers dr. Edith Josten en dr. ir. Alice de Boer hoe het percentage mantelzorgers onder werkenden de laatste jaren veranderde. Bovendien onderzochten zij of mensen die tussen 2004-2012 met mantelzorg zijn begonnen hun arbeidsduur hebben beperkt, en of hun gezondheidsklachten en ziekteverzuim zijn veranderd. De gegevens in deze studie komen uit een tweejaarlijks onderzoek van het SCP waarin zo’n 3.000-4.000 werkenden en niet-werkenden in de tijd worden gevolgd.
Werkenden zijn de laatste jaren vaker hulpbehoevende naasten gaan helpen
Het percentage mantelzorgers onder werkenden stijgt. Terwijl het in de jaren 1996-2012 gelijk bleef, groeide het tussen 2004 en 2012 van 13% tot bijna 18%. Het gaat dan alleen om werkenden die naasten helpen met het huishouden of de persoonlijke verzorging; het databestand heeft geen informatie over het geven van begeleiding of helpen met de administratie.
De meeste werkenden verlenen geen omvangrijke zorg: in 2012 hielp ongeveer de helft van de werkende mantelzorgers maximaal 2 uur per week. Een kwart zorgde 2-4 uur. Nog eens een kwart gaf intensieve zorg van meer dan 4 uur per week.Vooral vrouwen van 45-65 jaar en mensen met een werkweek tot 28 uur zorgen meer dan vroeger
De toename van het aantal mantelzorgers is het grootst onder vrouwen van 45-65 jaar en mensen met een werkweek tot 28 uur. Deze groepen gaven altijd al meer hulp dan anderen, en het verschil met de rest is nu nog groter geworden. In 2004 verleende 25% van de werkende vrouwen van 45-65 jaar dit soort hulp; in 2012 was dat 34%. Bij mensen met een arbeidsduur tot 20 uur steeg het percentage mantelzorgers van 18% naar 28%, bij die met een werkweek van 20-28 uur van 18% naar 26%.
Werkenden die met mantelzorg starten, korten hun werkweek niet vaker in dan anderen ...
Werkenden die met mantelzorg beginnen, brengen hun uren even vaak terug als niet-mantelzorgers: 9% van hen was korter gaan werken en 4% werkte niet meer. Onder niet-mantelzorgers waren die percentages in dezelfde periode respectievelijk 9% en 3%. Ook wanneer de hulp al minstens twee jaar duurt, reduceren mantelzorgers hun werkweek niet vaker dan anderen. Alleen mantelzorgers met een grote werkweek (≥ 28 uur) die intensieve hulp, van meer dan vier uur per week, zijn gaan geven, doen dat wel. 17% van hen werkte minder uren dan voorheen en 7% werkte niet meer. Maar ook in die situatie blijven de meeste mantelzorgers, ongeveer driekwart, net zo veel als vroeger werken. De hulp zal dus vaak ten koste gaan van de eigen vrije tijd.
... maar hun risico op langdurend verzuim groeit, vooral bij lang aanhoudende zorg
De ervaren gezondheid van werkenden verandert in het algemeen niet als ze met hulp beginnen. Alleen als de zorg intensief is, rapporteerden mantelzorgers binnen twee jaar wel een slechtere gezondheid dan ervoor; de omvang van de werkweek maakt daarbij niet uit.
Wel krijgen werkenden die met mantelzorg starten een groter risico op langdurend verzuim. Vooraf was 10% van hen minstens twee weken achtereen in een jaar ziek geweest, erna 18%. Vooral onder mantelzorgers die al minstens twee jaar helpen, stijgt het percentage dat langdurend ziek was, van vooraf 11% naar 24%. De groei van het verzuim komt vermoedelijk voort uit de zorgsituatie zelf, die op zich al belastend is, de combinatie ervan met werk en de geringere vrije tijd.