Geplaatst op: 15-02-2016
Auteur: Tjeerd Zandberg
CELTH

Wie eet er van twee walletjes in de recreatiesector? Zo werkt de deeleconomie in leisure

De opkomst van tweezijdige platforms

Wie eet er van twee walletjes in de recreatiesector? Zo werkt de deeleconomie in leisure
Tjeerd Zandberg, docent/onderzoeker van CELTH/Stenden/ETFI schreef in het Trendrapport toerisme, recreatie en vrije tijd 2015 over de opkomst van tweezijdige platforms in toerisme en recreatie. Hij legt uit hoe dit mechanisme werkt, met welke bedrijven de sector te maken kan krijgen en geeft aan hoe bedrijven vanuit hun eigen identiteit op deze platforms kunnen reageren.

Naast de traditionele markten waar aanbieders en afnemers elkaar treffen, zien we recentelijk een sterke groei van tweezijdige markten. Airbnb en Uber zijn bekende voorbeelden. Dit artikel gaat in op de achtergrond van tweezijdige markten. Het legt uit hoe in een sharing economy tweezijdige platforms explosief kunnen groeien door verschillende partijen op een nieuwe manier bij elkaar te brengen. Het artikel eindigt met een voorbeeld hoe te reageren op deze ontwikkelingen.


Het geven en nemen principe

Elke ondernemer weet dat bepaalde activiteiten noodzakelijk zijn, ook al kosten ze meer dan ze direct opbrengen. Een hotel legt vaak geld toe op de ontbijtruimte om zodoende omzet met kamerverhuur te realiseren. Een zwembad op een camping kost slechts geld, maar is nodig om gezinnen binnen te halen. En veel sauna’s halen hun winst uit het restaurant en de behandelingen, niet uit de sauna’s. We vinden dit prima omdat al deze elementen nodig zijn om een compleet pakket aan te bieden en de kosten en opbrengsten in één hand zijn. Er worden links kosten gemaakt om rechts geld te verdienen. Maar wat als kosten en opbrengsten niet langer bij elkaar komen? Of als de ene klant gesubsidieerd wordt om aan de andere klant te verdienen? Dit klinkt raar, maar komt regelmatig voor. Enkele voorbeelden.

Uber wordt vaak gezien als een taxionderneming. Maar het businessmodel van Uber is niet dat van een taxibedrijf, Uber is een makelaar in vervoersdiensten. Een traditioneel taxibedrijf heeft een aantal taxi’s en biedt hiermee een vervoersdienst aan. Uber brengt klanten met individuele aanbieders van vervoersdiensten in contact. De opbrengst voor Uber zit in de fee die hiervoor betaald wordt. 20% van de ritprijs is voor Uber, 80% voor de taxichauffeur. Het is voor Uber belangrijk dat ze voldoende chauffeurs heeft om klanten te trekken. Omgekeerd moet er voldoende vraag zijn om aanbieders te lokken. Een vergelijkbare constructie zien we bij Airbnb. Airbnb is zelf geen hotelonderneming maar bemiddelt slechts tussen aanbieders en vragers van kamers. Ook hier geldt dat er voldoende aanbieders en klanten moeten zijn om aantrekkelijk voor beide partijen te zijn.


Geven en nemen. Of delen?

Het is opmerkelijk dat Uber en Airbnb voor de aanbodzijde leunen op een type aanbieder dat enkele jaren geleden nog niet of slechts in beperkte mate actief was. Individuele taxichauffeurs kenden we enkele jaren geleden in Nederland nauwelijks en ook individuele kamerverhuurders waren tot enkele jaren geleden veel beperkter economisch actief. De opkomst van de sharing economy heeft dit echter veranderd. Onder de sharing economy verstaan we een vorm van gemeenschappelijke consumptie. Iemand heeft woonruimte, gereedschap, een auto of een ander product tijdelijk niet nodig en stelt dit beschikbaar tegen een vergoeding. We kennen deze principes al lang, bijvoorbeeld het verhuren van een kamer aan studenten, maar internettechnologie verlaagt de transactiekosten dusdanig dat vormen van sharing op veel grotere schaal mogelijk zijn geworden. Uber en Airbnb spelen daar op in en hebben nieuwe markten gecreëerd, met nieuwe partijen, nieuwe regels en een nieuw businessmodel. Hoewel het feitelijke marktaandeel van zowel Uber als Airbnb nog gering is, zorgt hun komst voor veel ophef en zorg onder bestaande ondernemers.


Dit type businessmodellen is wat Jean Tirole (winnaar Nobelprijs voor economie in 2014) een tweezijdige markt of een tweezijdig platform noemt. Het belangrijkste kenmerk van een tweezijdige markt is dat een bedrijf twee of meer verschillende groepen klanten heeft die elkaar nodig hebben. Bij een krant zijn zowel de abonnees als de adverteerders klant. De adverteerder koopt bekendheid en de abonnee koopt informatie. Voor de abonnee wordt de krant aantrekkelijk als er interessante en relevante artikelen in staan. Voor een adverteerder wordt een krant interessant als er genoeg abonnees zijn. Wat we dan zien is dat een krant haar verdiensten uit de advertentieopbrengsten gebruikt om haar aantrekkelijkheid voor lezers te verhogen. In feite worden daarmee inkomsten van de advertentiezijde doorgesluisd naar de abonneezijde. Met andere woorden, de adverteerder subsidieert de abonnees.


Tweezijdige platforms

Producten of diensten die op een dergelijke manier meerdere groepen gebruikers bij elkaar brengen noemen we platforms. Een platform creëert een bepaalde structuur die transacties mogelijk maakt en definieert de regels om dit te sturen. Een belangrijk onderdeel is de wijze waarop prijzen bepaald worden. In principe maakt een platform voor beide kanten kosten en wordt er ook aan beide kanten verdiend. Dat wil niet zeggen dat kosten en opbrengsten voor beide partijen in balans zijn. Vaak wordt er aan één kant van het platform winst gemaakt, ten koste van de andere kant. In extreme gevallen wordt er slechts aan één kant verdiend, denk aan Google waar alleen de adverteerders betalen. In tegenstelling tot klassieke marktstructuren, waar één partij de leverancier is, en een tweede partij de afnemer, is bij een tweezijdig platform elke partij zowel leverancier als afnemer. Vanuit het perspectief van een gebruiker wordt de aantrekkelijkheid van een platform voor een deel bepaald door het aantal gebruikers aan de overkant. Dit betekent dat er sprake is van toenemende meeropbrengsten. Dit is een wezenlijk verschil met veel traditionele markten waar de zogenaamde wet van afnemende schaalvoordelen geldt: bij een toename van de productie daalt de prijs, maar deze prijsdaling wordt steeds lager. Bij een tweezijdige markt is dit vaak tegengesteld. Als Uber één chauffeur in een stad heeft, dan is dat niet aantrekkelijk genoeg. Een tweede chauffeur voegt daar niets aan toe. Pas na het passeren van een kritische drempel wordt Uber aantrekkelijk, daarna verhoogt elke nieuwe chauffeur die aantrekkelijkheid. Dit effect resulteert vaak in een drempel voor nieuwe ondernemingen. Daarom is het bij nieuwe producten ook vaak van belang snel als eerste te opereren.

Tweezijdige platforms hebben verschillende gevolgen voor de concurrentie. Ten eerste zorgen de toenemende meeropbrengsten vaak voor een winner-takes-it-all markt. De enorme populariteit van Google maakt het voor een nieuwkomer bijna onmogelijk om een vergelijkbare zoekmachine aan te bieden. Want zolang de nieuwe zoekmachine geen bezoekers heeft, worden er geen advertentie-inkomsten gegenereerd. Een tweede kenmerk van tweezijdige platforms is het verstorende karakter. Een voorbeeld zijn de OTAs (online travel agents). OTAs hebben allereerst een fors marktaandeel van de bestaande reisbureaus en touroperators overgenomen. Maar daarnaast hebben ze ook een sterk effect op de hotels en andere aanbieders. De winst die OTAs maken wordt grotendeels betaald uit de commissies die ze van hotels en verhuurders ontvangen. Wat we vaak zien is dat in geval van tweezijdige platforms de opbrengsten niet symmetrisch verdeeld zijn. In bijvoorbeeld het hotel distributiekanaal profiteren de OTAs van hun positie. Kranten op hun beurt zijn juist niet in staat hun middenpositie uit te buiten. Dit heeft alles te maken met de vraag wie de kennis of de macht bezit in een distributiekanaal. Bij de kranten is het duidelijk dat zij niet over een informatiemonopolie beschikken en daardoor geleidelijk marktaandeel aan snellere of goedkopere informatiebronnen verliezen.


Met welke tweezijdige platforms krijgt de Recreatie- en Vrijetijdsector te maken?

Het is lastig om veranderingen te voorspellen. Het enige wat we weten is dat ze komen. In het verleden namen gasten vaak rechtstreeks contact op met hun hotel of verblijfsaccommodatie. Tegenwoordig gebeurt dat op grote schaal via een OTA. Meerdere factoren hebben hierbij een rol gespeeld, maar een factor die recentelijk sterk is gaan bijdragen aan het succes van de OTAs is de opkomst van mobiel boeken. Een steeds groter deel van het zoeken en boeken wordt gedaan door middel van mobiele telefoons of tablets, waarbij vaak gebruik wordt gemaakt van specifieke apps. Door hun technische kennis gecombineerd met hun schaalvoordeel zijn OTAs hier in het voordeel ten opzichte van hotels. Als gevolg is bijvoorbeeld in de eerste helft van 2015 de groei van mobiel boeken bijna geheel ten goede gekomen aan OTAs en hebben hotels hier in veel mindere mate van geprofiteerd. Hoewel we al een flink aantal jaren gewend zijn aan mobiel internetten, heeft tot twee jaar terug bijna niemand verwacht dat dit zo sterk van invloed zou zijn op de marktpositie van OTAs

Airbnb is één van de meest bekende tweezijdige platforms die recentelijk zijn ontstaan. Een belangrijk kenmerk van Airbnb is de kleinschaligheid en de persoonlijke ontmoeting met de aanbieder. Als gevolg hiervan is Airbnb primair een concurrent van Bed and Breakfast aanbieders en kleine hotels. Weliswaar verschillen de doelgroepen nog gedeeltelijk, maar juist het gedeelde kleinschalige en persoonlijke aspect van beide markten maakt het waarschijnlijk dat in de toekomst juist hier de concurrentie sterk gaat toenemen.


Reviewsites zijn ook een voorbeeld van tweezijdige platforms. Een reviewsite brengt aanbieders en gasten bij elkaar. De kosten zijn relatief laag, maar het is essentieel dat er genoeg aanbieders en reviewers actief zijn op de site. Zodra

een reviewsite als Tripadvisor een dergelijke positie heeft bereikt, resulteert een invloedrijk en machtig platform. Tripadvisor gebruikt haar positie door als een metasearch engine reizen en vakanties aan te bieden. Reisaanbieders leveren een bijdrage aan Tripadvisor door een kleine commissie te betalen voor alle bezoekers op hun site die via Tripadvisor zijn doorgeleid. Consumenten leveren een bijdrage in natura door reviews te schrijven.


Deze voorbeelden van OTAs en Tripadvisor beschrijven elk een ander gevolg van tweezijdige platforms. Een OTA is een partij die door haar machtige tussenpositie in een openlijke strijd de marktverhoudingen verandert. Tripadvisor wordt door veel mensen gezien als een bron van informatie. Ondertussen gebruikt Tripadvisor de content die door reviewers gratis is aangeleverd om haar aantrekkelijkheid te vergroten. Vervolgens gebruikt ze die aantrekkelijkheid om als metasearch machine omzet te genereren. Daarmee beïnvloedt ook Tripadvisor de markt. Deze laatste rol wordt echter door veel ondernemers niet onderkend. Veel ondernemers zien de rol van tripadvisor slechts als een aanbieder van reviews, niet als een metasearcher die deze data verder gebruikt voor andere activiteiten.


What to do

Allereerst moeten we ons realiseren dat in een tweezijdige markt andere regels gelden en andere belangen de hoofdrol spelen. Door de toenemende schaalvoordelen van tweezijdige platforms zullen kleine en middelgrote partijen een directe concurrentie snel verliezen. Denk bijvoorbeeld aan het voorbeeld van de OTAs die met mobiel boeken een voorsprong nemen op hotels. Dat betekent dat deze bedreiging op een andere manier bestreden moet worden. Een strategie die in veel gevallen succesvol is gebleken is het opereren vanuit eigen identiteit. Een voorbeeld van Nederlandse bodem zijn de Van der Valk Hotels. In overeenstemming met hun identiteit is Van der Valk online niet extreem actief. Van der Valk is wel sterk gericht op het binnenhalen van gasten via de eigen website en eigen distributiekanalen. Dat past bij hun sterke relatie met de van oudsher grote en loyale doelgroep. Van der Valk gaat ook mee met de ontwikkelingen binnen die doelgroep. Vanuit het verleden had Van der Valk te maken met een oubollig imago, denk aan het kersje op de appelmoes, maar dat is al lang verleden tijd. Wie eenmaal in een nieuw Van der Valk hotel is geweest, weet hoe dit veranderd is. Bij bijvoorbeeld de bouw van een nieuw hotel in Leeuwarden wordt ingezet op het realiseren van een uiterst duurzaam gebouw. Dit zijn voorbeelden hoe een onderneming haar eigen kracht kan gebruiken om in een veranderende markt succesvol te kunnen blijven opereren.

Trefwoorden: platforms, marketing, social media, web 2.0

CELTH
 
   
   
   
   
   

   

   
   

   
   
   

   

||| Nieuws |||

30/10/24
Menno Stokman verlaat CELTH na zeven jaar
Menno Stokman, directeur van het Centre of Expertise Leisure, Tourism & Hospitality (CELTH), neemt na ruim zeven jaar afscheid. Per 1 januari 2025 treedt hij in dienst bij de gemeente Wageningen als strategisch adviseur voor het Netwerk Kennissteden Nederland.
29/10/24
Kennisevent Zet je regio op de kaart 2024: Balans in jouw bestemming
NRIT organiseert in samenwerking met CELTH en de Recreatie Vakbeurs het kennisevent ‘Zet je regio op de kaart 2024: Balans in jouw bestemming. Primeur voor Nederland. Presentatie van internationaal onderzoek: 'Creating equitable destinations: How to manage and distribute tourism’s value to better serve communities'.
11/10/24
Zet je regio op de kaart 2024: Balans in jouw bestemming – Maak deel uit van de toekomst van toerisme!
NRIT organiseert in samenwerking met CELTH en de Recreatie Vakbeurs een kennisevent rond bestemming in balans. In slechts twee uur ben je helemaal up-to-date met de nieuwste inzichten en strategieën. Je leert van experts, netwerkt met vakgenoten én krijgt praktische handvatten om direct mee aan de slag te gaan in jouw regio.
25/09/24
Een tafel voor niemand? Vier scenario's voor het arbeidsmarkttekort in toerisme en hospitality
Wat brengt de toekomst voor toerisme? Zijn dat robots in de keuken, virtuele avonturen of structurele personeelstekorten? Lector ‘Disruption, Innovation and New Phenomena’ Ian Yeoman bij NHL Stenden Hogeschool, schetste in zijn inauguratiespeech vier scenario's voor de sector.
24/06/24
Meer weten over klimaatrisico's, impact of bewonersbetrokkenheid? CELTH komt met drie nieuwe onderzoeken!
Het Centre of Expertise Leisure, Tourism & Hospitality (CELTH) heeft de afgelopen week maar liefst drie nieuwe onderzoeken gepubliceerd. Zo brachten ze de klimaatrisico’s van Nederlandse reisorganisaties in kaart, onderzochten hoe ze bewoners beter bij toerisme(beleid) kunnen betrekken en ontwikkelden ze een impact label voor vakantiehuizen in de natuur.
18/03/24
Lidstaten willen toerisme hoog op de agenda van de nieuwe Europese Commissie
Toerisme blijft in Europa hoog op de politieke agenda staan. De huidige Europese Commissie zal na de verkiezingen haar uiterste best doen toerisme op EU-niveau goed op de agenda te houden.
30/01/24
PD-kandidaat: Kansen voor hotels door CSRD
In het Professional Doctorate voor Leisure, Tourism & Hospitality traject is Armand Odekerken ingestapt. Odekerken onderzoekt hoe verschillende hotelketens duurzaamheidsstrategieën kunnen ontwikkelen en implementeren die voldoen aan de wetgeving over Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD).
11/01/24
Vier nieuwe projecten van CELTH
De onderzoekers van CELTH zijn samen met werkveldpartners met maar liefst vier nieuwe projecten gestart. De projecten richten zich op een bewonersprofijt en -betrokkenheid, een eerlijker verdeling van de voordelen van toerisme en een rankingsystematiek voor duurzame prestaties van natuurhuisjes.