ING: Zeeland meest toeristische provincie van Nederland
De methode die ING hiervoor gebruikt is niet onomstreden. De bank maakt een index op basis van het aantal overnachtingen ten opzichte van het aantal inwoners en de vestigingen van horeca en attracties ook ten opzichte van het aantal inwoners. De gemiddelde score in Nederland wordt op 100 gesteld. Het gevolg van deze methode is dat dunbevolkte provincies met relatief veel toeristen al snel hoog scoren.
Wie zit er boven en wie onder de streep?
De index geeft in elk geval wel een goed beeld van het belang van toerisme in een specifieke provincie. Dan zie je dat Zeeland (294), Drenthe (163), Limburg (143) en Noord-Holland (137) boven het gemiddelde scoren. Onder het gemiddelde scoren Utrecht (61), Zuid-Holland (66), Groningen (68), Noord-Brabant (81), Overijssel (91) en Gelderland (92).
Amsterdam toeristische hotspot
Amsterdam is in absolute aantallen de toeristische hotspot van Nederland voor toeristen én zakelijke gasten. De stad is met bijna 13 miljoen hotelovernachtingen goed voor ruim 30 procent van het totaal in Nederland en dat is nog exclusief de overnachtingen bij hotels rondom Schiphol.
Toerisme in de regio weer op niveau
Het aantal overnachtingen in hotels, campings, bungalows en b&b’s steeg met bijna 4% in 2015. De toename van de populariteit van steden, regio’s en provincies verschilt echter sterk. Inmiddels ligt het aantal overnachtingen in negen van de twaalf provincies weer boven het niveau van 2012. Alleen Groningen, Drenthe en Noord-Brabant blijven vooralsnog achter.
Grote regionale verschillen
Vooral de sterke groei van het aantal buitenlandse toeristen veroorzaakt regionale verschillen. Noord-Holland en Zeeland zijn allebei populair bij buitenlandse toeristen en realiseerden van 2012 tot en met 2015 de sterkste groei van het aantal overnachtingen. Ook Flevoland lijkt te profiteren van de aantrekkingskracht van Amsterdam en groeit hard qua (zakelijke) overnachtingen. Van alle provincies weten alleen Noord-Holland, Zuid-Holland en Zeeland meer buitenlandse dan binnenlandse gasten te trekken.
Inkomend toerisme groeit veel harder dan binnenlands toerisme
De totale markt voor het verblijfstoerisme is tussen 2012 en 2015 sterk gegroeid. Het aantal overnachtingen door buitenlandse gasten steeg met ruim 25% het sterkst. Nederlandse toeristen brachten bijna 5% meer nachten door in eigen land. Tegelijkertijd vinden er verschuivingen plaats in het marktaandeel van provincies. Tussen 2012 en 2015 bleken Noord-Brabant en Limburg minder succesvol dan andere provincies. Hun gezamenlijke aandeel in het aantal binnenlandse overnachtingen daalde bijvoorbeeld van 26% naar minder dan 24,5%. Alleen in Zeeland lukte het om een groter aandeel in het aantal binnenlandse en buitenlandse overnachtingen naar zich toe te trekken.
Wat moeten regio's en ondernemers doen?
Om hun aantrekkingskracht te vergroten dienen toeristische aanbieders en overheden te investeren in vernieuwing. Nieuwe vormen van toerisme komen op terwijl oude vakantiegewoonten veranderen of verdwijnen. Stedentrips zijn een goed voorbeeld van een segment dat groeit, gesteund door lowcost (vlieg)verbindingen. De ontwikkeling van nieuwe niches binnen het toerisme zoals festival-, game- of foodtoerisme maakt regio’s aantrekkelijk voor nieuwe generaties en andere doelgroepen. Tegelijkertijd is de aantrekkingskracht van elementen als een natuurlijke omgeving, attracties, musea en winkelen onverminderd groot en legt dit een stabiele basis onder toekomstige toeristenstromen.
Regionale analyses
ING geeft in haar rapport extra aandacht voor de provincies met een regionale analyse en tips voor ondernemers in die regio.
- Download:Download rapport (pdf, 1.75 MB)