Wat betekent een Brexit voor het Nederlands toerisme? Update!
Europa werd vanmorgen
met een kater wakker. De Britse kiezer heeft voor een Brexit gekozen en Groot-Brittannië
gaat de Europese Unie verlaten. Voorlopig gebeurt er nog niets want de opvolger
van premier David Cameron mag de artikel 50-procedure aanvragen en dat zal pas
in het najaar zijn. Dan hebben de Europese Unie en Groot-Brittannië nog twee
jaar om uit elkaar te gaan. Vanuit de toeristische sector komen voorzichtig de
eerste reacties binnen. Voor de Nederlandse toeristische sector staat er 860
miljoen euro op het spel. Volgens het ING Economisch Bureau ondervindt de Nederlandse economie schade van een Brexit, de bank verlaagt de groeiraming voor 2016 naar 1,8% (was 2,1%) en voor 2017 naar 1,3% (was 1,9%).
De World World Travel & Tourism Council (WTTC) benadrukt in een reactie dat het reizen van en naar Groot-Brittannië op de korte termijn niet zal veranderen. In de onderhandelingsperiode zal de wetgeving rond reizen van en naar Groot-Brittannië niet veranderen. David Scowsill, President & CEO, zei vandaag: "We bewegen ons richting een onzekere markt die ongetwijfeld druk op de toeristische sector zal geven. Aan de andere kant weten we dat onze sector veerkrachtig is en dat we ook deze uitdagingen aan kunnen.” De wisselkoers tussen de Euro en het Britse pond gaan wel een grote rol spelen. Wordt het Britse pond ten opzichte van de Euro flink duurder dan zullen Britten minder geneigd zijn naar het Eurogebied op vakantie te gaan omdat ze veel minder euro's voor hun ponden krijgen. Voor uitgaande touroperators biedt dat wel weer kansen omdat een vakantie voor ons in Groot-Brittannië veel goedkoper wordt.
ING bezorgd
Door de Brexit verlaagt ING Economisch Bureau de groeiramingen voor de Nederlandse economie voor 2016 naar 1,8% (was 2,1%). Consumenten zijn door de Brexit negatiever over de Nederlandse economie, waardoor ook de horeca en detailhandel minder hard zullen groeien. Ondanks dat het zwakkere pond een meevaller is voor Nederlandse toeristen die het Verenigd Koninkrijk bezoeken, zullen reizigers naar bestemmingen als de VS de verzwakking van de euro juist als nadelig ervaren. De toeristenbranche in Nederland ondervindt ook hinder van de lagere koers van het Britse pond, doordat de vele Britse toeristen minder te besteden hebben. Wanneer vakantiegangers hun eigen munt een stuk minder waard zien worden ten opzichte van de munt ter plekke, leidt dat tot minder uitgaven in het land van bestemming. Het kan er zelfs voor zorgen dat reizigers helemaal niet meer naar hun geplande bestemming toegaan. Ze zouden hun plannen kunnen wijzigen wanneer verblijf en lokale kosten ineens een stuk duurder uitpakken. Voor de meeste respondenten op de ING Vraag van Vandaag blijken wisselkoersen echter van weinig belang bij het kiezen van een vakantiebestemming. Het weer, de bezienswaardigheden ter plaatse en de afstand zijn bepalender factoren. Slechts 1 op de 6 vakantiegangers (16%) geeft aan dat de wisselkoers enige rol van betekenis speelt bij de vakantiekeuze. Lees hier de complete analyse van ING over de gevolgen van de Brexit voor de Nederlandse toeristenbranche.
Nederlandse horeca geraakt
Britten zijn relatief belangrijk voor de Nederlandse toerisme sector. Acht procent van de overnachtingen in Nederlandse hotels of B&B’s zijn door Britse reizigers. In Amsterdam, een populaire bestemming voor Britse vriendengroepen, is dit zelfs het dubbele (16%). Door het zwakkere pond en de economische tegenwind in hun land zullen Britten minder snel het kanaal oversteken voor hun vakantie of vrijgezellenweekend. Als de groei in de Nederlandse economie afzwakt ondervindt de horeca daar ook de gevolgen van. De consument zal minder snel een dagje uitgaan in eigen land of een restaurant bezoeken als lonen minder stijgen en de werkloosheid minder snel terugloopt.
Uitgaand toerisme naar Groot-Brittannië relatief klein
Voor het uitgaand toerisme vanuit Nederland zijn de gevolgen
relatief beperkt. Groot-Brittannië staat met een aandeel van 5% in de totale Nederlandse
vakantiemarkt op een zevende plaats met 860.000 vakanties van Nederlanders. Terwijl het Verenigd Koninkrijk goedkoper wordt na de ‘Brexit’, lijkt de animo om erheen te gaan per saldo zelfs iets af te nemen. Weliswaar geeft 3% van de respondenten op de Vraag van Vandaag aan nu naar het VK op vakantie te zullen gaan, maar een grotere groep van 5% heeft de Britse vakantieplannen juist afgeblazen na het 'Brexit'-referendum.
Grote belangen voor Nederlands inkomend toerisme
Op het inkomend toerisme zijn de belangen een stuk groter. Jaarlijks
bezoeken 1,9 miljoen Britse toeristen ons land en realiseren 4,0 miljoen overnachtingen
vooral in hotels (86%). Qua aantallen gasten staat Groot-Brittannië nog net op
een tweede plaats, na Duitsland en op de voet gevolgd door België met een fractie
minder gasten. Veruit de meeste Britse gasten verblijven in Noord-Holland (1,3
miljoen). Ook Zuid-Holland (276.000) en Noord-Brabant (109.000) zien nog
relatief veel Britse gasten
Kijken we naar overnachtingen dan zijn de verschillen een
stuk groter omdat Belgen langer dan Britten in ons land verblijven. België staat
met 5 miljoen overnachtingen in Nederlandse logiesaccommodaties fier op een
tweede plaats, op ruime afstand gevolgd door de Britten die 4,0 miljoen
overnachtingen in ons land realiseren. Brits inkomend toerisme levert Nederland
jaarlijks 860 miljoen euro op.
En nu?
Het is natuurlijk niet gezegd dat al deze Britse toeristen na een scheiding van de Europese Unie zullen verdampen. Veel is afhankelijk van het scheidingsproces en vooral de sfeer waarin de onderhandelingen zullen plaatsvinden. Voor de Europese toeristische sector is het van groot belang van een vrij verkeer van toeristen tussen de Europese Unie en Groot-Brittannië gehandhaafd blijft. Vooral voor Nederland is dat van belang omdat Britten veelal voor een korte vakantie ons land bezoeken en die markt is niet gebaat bij een ingewikkelde toegang tot ons land.