NBTC en Toerisme Vlaanderen intensiveren samenwerking

NBTC Holland Marketing en Toerisme Vlaanderen gaan intensiever samenwerken. Jos Vranken (NBTC) en Peter de Wilde (Toerisme Vlaanderen) hebben daartoe vrijdagmiddag in het Mauritshuis in Den Haag een intentieverklaring tot nadere samenwerking getekend. Ook Vlaams minister van toerisme Ben Weyts, die voor een andere afspraak al in Den Haag was, woonde de ondertekening bij. Vanwege een uitgelopen ministerraad moest de Nederlandse minister van Economische Zaken, Henk Kamp, helaas verstek laten gaan.
Eerste samenwerkingsproject binnen deze overeenkomst is het verbinden van de Nederlandse verhaallijn rond de Gouden Eeuw met die van de Vlaamse Meesters. Het is niet de eerste samenwerking tussen NBTC en Toerisme Vlaanderen. Beide organisaties bewerken sinds 2011 samen vanuit één kantoor de Japanse markt.
Onderscheidende troeven vallen samen
Volgens Vlaams minister van Toerisme Ben Weyts, die voor de gelegenheid naar Den Haag was gekomen, kan de internationale het onderscheid tussen Nederland en Vlaanderen nauwelijks maken. "De internationale toerist wil verrast worden, houdt van crossovers en daarin past een samenwerking met Nederland. We gaan dan ook een gezamenlijk verhaal maken en ik verwacht dat we daarmee een grotere impact hebben op de internationale markt. We barsten van de ambitie en onze onderscheidende troeven vallen vaak samen.” Ook vanuit Nederlandse zijde werd dat beaamd, Directeur NBTC Jos Vranken: "Dit moet je zien als een versterking van de samenwerking en ik sluit zeker niet uit dat we op markten in bijvoorbeeld Azië nader gaan samenwerken. Ben Weyts: "We zijn zoals we hier bij elkaar zijn misschien geen Vlaamse en Hollandse meesters maar we gaan meesterlijk samenwerken.”
Samen al jaren op de Japanse markt
Een meer intensieve samenwerking tussen NBTC en Toerisme Vlaanderen is niet nieuw. Beide organisaties bewerken sinds 2011 al samen de Japanse markt. Daar gaat de samenwerking ver met één kantoor en één gezamenlijk marketingplan. Beide organisaties delen daar elkaars expertise om kostenefficiënt te opereren en meer slagkracht te genereren. Jos Vranken: "In Japan was de samenwerking evident omdat we beiden zochten naar een partner om de slagkracht te behouden die je moet hebben op die markt. Tegelijkertijd zag je dat de Japanner de beide bestemmingen al combineerde in zijn gedrag en stonden daar alle lichten op groen voor een intensieve samenwerking.”
Nederlandse verhaallijn rond Gouden Eeuw
NBTC wil in 2018 samen met de steden Middelburg, Veere, Dordrecht, Delft, Den Haag, Leiden, Haarlem, Amsterdam, Vecht, Beemster, Hoorn en Enkhuizen de verhaallijn rond de Gouden Eeuw introduceren. De Gouden Eeuw was een periode van grote welvaart voor Nederland, niet alleen in Amsterdam maar ook in steden als Middelburg, Haarlem of Hoorn. Die rijke geschiedenis is nog steeds zichtbaar in de vele herenhuizen, grachten, musea, kerken, stadsmuren en havens. De Gouden Eeuw was ook de eeuw van de beroemde Hollandse meesters Rembrandt van Rijn, Frans Hals, Johannes Vermeer en Jan Steen. De nieuwe verhaallijn rond de Gouden Eeuw moet in 2019 een hoogtepunt beleven met de herdenking van de 350ste sterfdag van Rembrandt. Voorafgaand aan de ondertekening van de intentieverklaring met Toerisme Vlaanderen hadden de Nederlandse steden samen met NBTC een kickoff meeting.
Grensoverschrijdende verhalen
NBTC introduceert de komende jaren diverse verhaallijnen waar rond één thema diverse plekken van Nederland worden verbonden. Zo wil NBTC ruimte en richting geven aan de groei van het toerisme, toeristische hotspots ontlasten en de provincie in de internationale etalage zetten. Jos Vranken: "We willen binnen Nederland sterk inzetten op provinciegrensoverschrijdende verhalen maar het is mooi dat deze verhaallijn ook internationaal gaat. Daarom intensiveren we de samenwerking met Toerisme Vlaanderen en gaan we feitelijk verbinding maken tussen ons verhaal en het verhaal van Vlaanderen.” Vranken doelt daarop de Vlaamse Meesters die hun hoogtijdagen hadden in de 15e en 16e eeuw en vooraf gingen aan de Nederlandse Gouden Eeuw. "Op die manier kunnen we een nog spannender verhaal vertellen aan relevantie doelgroepen in de wereld. Waarmee de gezamenlijke rijke historie van de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden centraal komt te staan”
Vlaamse nieuwe en oude meesters verbinden
Ook Vlaanderen wil haar culturele hotspots verbinden en zet in de periode 2018-2020 steeds een andere stad in de schijnwerpers. Dat begint in 2018 in Antwerpen met Rubens, in 2019 is Brussel met Brueghel aan de beurt en in 2020 wordt Van Eijck gevierd in Gent. Ook in Vlaanderen worden steden en streken naast de bekende kunststeden betrokken. Anders dan in Nederland wil Vlaanderen haar oude meesters nadrukkelijk verbinden met de nieuwe meesters in mode, gastronomie en bierbrouwen. Vlaams minister van Toerisme Ben Weyts verwoordde het treffend: "We gaan Vlaanderen verkopen als bruisende plek waar de kunst nog altijd bloeit en bruist want we zijn meer dan een museum. Het gaat niet alleen over het verleden maar ook over vakmanschap in het heden. We hebben Vlaamse meesters in de mode, achter het fornuis en met de brouwketel. Dat noemen we Vlaams vakmanschap.”
Pragmatisch ingestoken samenwerking
Volgens administrateur-generaal van Toerisme Vlaanderen Peter de Wilde zijn aan de Vlaamse kant alle culturele partners in kaart gebracht en wordt nu gekeken hoe een gezamenlijk programma kan worden gemaakt: "We gaan vervolgens het Vlaamse en Nederlandse verhaal zo goed mogelijk op elkaar afstemmen. Dat is niet zo moeilijk omdat er een historische continuïteit zit. Er zijn enorm veel linken en banden te leggen tussen Vlaanderen en Nederland.” De samenwerking wordt heel pragmatisch ingestoken, Peter de Wilde: "We kijken steeds welk instrument het meest zinvol is. Zijn dat gezamenlijke trade- of persreizen, is dat het bouwen van een gezamenlijk platform of communicatiecampagnes voor een bepaalde markt? Dan gaan we dat gewoon doen”, zegt De Wilde stellig die nu al een hele mooie vriendschap ziet opbloeien en hoopt op een duurzaam resultaat. "Dat wat we vandaag bouwen tot een blijvende meerwaarde kan uitgroeien in de aantrekkingskracht van beide bestemmingen.”