De toeristische aantrekkingskracht van donkere bestemmingen en rituelen
Verslag van het eerste internationale Dark Tourism Congres
Dark tourism is de verzamelnaam voor het reizen naar bijzondere plekken die op de een of andere manier in verband kunnen worden gebracht met de dood, lijden of het schijnbaar macabere. Voorbeelden zijn onder andere slagvelden, begraafplaatsen, gevangenissen en ook de zogeheten ‘Torture-musea’.
Om kennis uit te wisselen en op de hoogte te zijn van de laatste ontwikkelingen kwamen meer dan tachtig deelnemers naar Diemen. Ze vertegenwoordigden universiteiten uit Engeland, Japan, de Arabische Emiraten, Turkije, Ierland, de Verenigde Staten, Slovenië, Mexico, Duitsland, Malta, België en Litouwen. Ook de belangstelling vanuit Nederland was groot.
Keynotes en presentaties
Professor Philip Stone van de University of Central Lancashire en directeur van het IDTR gaf als keynote zijn visie op het omgaan met de dood in het dagelijks leven en binnen het toerisme in het algemeen. Hij verwees daarbij onder meer naar het werk van Philippe Ariës, wiens "L’Homme devant la Mort”(1977), als standaardwerk beschouwd wordt als het gaat om de geschiedenis van sterven, rouwen en gedenken. Stone merkte verder op dat er weliswaar sprake is van een concept dat breed omarmd is door de academische wereld en van toepassing kan zijn op een groot aantal aan de dood gerelateerde erfgoed attracties, maar dat de ‘dark toerist’ niet echt schijnt te bestaan. Volgens hem speelt Dark Tourism juist een verbindende en verklarende rol als het gaat om het omgaan met de dood in onze moderne maatschappij. Als voorbeelden daarvan noemde hij onder meer Ground Zero (New mediated/mediatized visibility of death through dark tourism), het commerciële aspect van de dood (zoals de Killing Fields in Cambodja) en het re-ritualiseren van de dood, bijvoorbeeld bij het herdenken van aanslagen en sterfgevallen.
Nijad Nazarli - cemeterytourism
Doctor Rami Isaac van het NHTV Centre for Sustainability,
Tourism and Transport ging dieper in op de plaats van het fenomeen in het
Midden-Oosten en in het bijzonder in Palestina. Vanuit de opleiding Tourism
Management in Diemen en Rotterdam gaven negen studenten en alumni een
presentatie over hun gedane of nog lopende dark tourism-onderzoek.
Voorbeelden daarvan waren Mihaela Duia, wiens onderzoeksresultaten naar Torture Museums inmiddels gepubliceerd zijn in Tourism Today, Rositsa Shishmanyan met een presentatie over de mogelijke toeristische relevantie van bouwwerken uit het Bulgaars socialistisch verleden en Nijad Nazarli, die met zijn presentatie "Disneylands of death” een bijzonder beeld schetste van het toerisme naar een aantal bekende begraafplaatsen in Londen. De onderwerpen die aan bod kwamen vertoonden een zeer ruime geografische spreiding en waren ook inhoudelijk verschillend. Commodificatie, commercialisering, ethiek, (visitor) management, omstreden erfgoed en de rol van gidsen waren een aantal van de thema’s. Maar er was ook aandacht voor veteranentoerisme naar voormalig Joegoslavië, rampentoerisme in Fukushima en narco-toerisme in Medellin. De gebruikte onderzoeksmethoden varieerden van webcontent-analyse tot interviewsessies met focusgroepen en boden de deelnemers ook nieuwe inzichten als het ging om het gebruik van social media als bron van gegevens.
Casper Crompvoets slum tourism
Deelnemers konden verder meedoen aan tientallen workshops over verschillende thema’s gerelateerd aan dark tourism. Zoals het bijwonen van de presentatie van onderzoeksresultaten naar motivatie van bezoekers van sloppenwijken in Zuid-Amerika en India (slum tourism), of bijvoorbeeld een workshop over de balans tussen herdenken en commercialisatie. Over het algemeen waren de presentatoren en toehoorders het eens met de stelling dat Dark Tourism vaak negatieve reacties oproept, maar dat het bij gebrek aan beter een handzaam containerbegrip is binnen het bredere kader van cultuurtoerisme. Op de tweede dag van het congres gaf gastheer Karel Werdler van Inholland een overzicht van de door studenten gedane onderzoeken en noemde hij ook een aantal uitdagingen en kansen. Volgens hem biedt dark tourism studenten volop mogelijkheden, maar dient men zeker rekening te houden met ethische aspecten en kan niet iedere aan de dood gerelateerde locatie zonder meer als onderzoeksonderwerp worden opgepakt.
Na het formele deel op de tweede dag van het congres gingen bezoekers ‘s middags op excursie en bezochten niet alleen de ‘duistere kanten’ van Amsterdam, maar ook de Amsterdam Dungeon.
Meer lezen over Dark Tourism? Bestel dan het boek Dark Tourism, de dood achterna van Karel Werdler bij NRIT.