Wat betekent de nieuwe Omgevingswet voor evenementen?
Niet knippen met een nagelschaartje, maar met een kartelschaartje
De huidige wet- en
regelgeving rondom evenementen is niet bepaald uitnodigend voor de initiatiefnemers
tot evenementen: ‘… die deze evenementen lijkt te zien als onwelgevallige
gebeurtenissen die zo veel mogelijk moeten worden beperkt en ingesnoerd’ (Van
Doorn, 2014). Deze wet- en regelgeving geldt niet alleen voor evenementen in de
openbare ruimte, maar ook evenementen & festivals op private terreinen met
bijvoorbeeld de ‘bestemming recreatie’. Evenementen zijn niet alleen een zaak
van het bestemmingsplan, maar ook van openbare orde, veiligheid, en afhankelijk
van de plek ook van toestemmingen, bijvoorbeeld voor de Natuurbeschermingswet. Wat
heeft de nieuwe Omgevingswet te bieden voor de initiatiefnemers en andere
betrokkenen rondom evenementen?
Dit artikel is eerder verschenen in Uncover waar docenten en onderzoekers van de Breda University of Applied Sciences in twintig verschillende bijdragen de festivalisering van de samenleving beschouwen. De diversiteit in de eventssector wordt steeds vanuit een ander perspectief aangevlogen zoals events & meaningful experiences, events & placemaking, events & wetgeving, events & change en events & international network. Uncover is voor slechts € 10 (ex. BTW en verzendkosten) te bestellen via de webshop van NRIT Media.
Wat is de Omgevingswet?
Nieuwe wetgeving is nodig om
de groeiende en vaak tegenstrijdige claims met de beperkt beschikbare ruimte in
Nederland in balans te houden met de duurzaamheid, veiligheid en leefbaarheid.
Dit levert uitdagingen op in de breedte van de fysieke leefomgeving. De huidige
sectorale en vooral ruimtelijk ingestoken wet- en regelgeving leidt tot
frustraties over het gebrek aan afstemming tussen allerlei wetten en regelingen
en steeds vaker zelfs, de onmogelijkheid om tot concrete besluiten te komen. Door
de verkokering in het domein van de fysieke leefomgeving zijn afwijkingsbesluiten nodig om het
evenement alsnog mogelijk te maken, waarmee tijd verloren gaat.
"De huidige sectorale en vooral ruimtelijk ingestoken wet- en regelgeving leidt tot frustraties."
1 Omgevingswet, 4 AMvB’s en 1 Omgevingsregeling gaan 26 ruimtelijke wetten, 117 AMvB’s en 120 ministeriële regelingen vervangen. De hiermee gepaard gaande uitdaging wordt vergeleken met de invoering van een nieuwe Grondwet, is complexer dan de decentralisaties in het sociale domein (Rotmans 2018). De ambities voor de fysieke leefomgeving (decentralisatie, integrale aanpak [veel breder dan alleen ruimtelijke vraagstukken: landschap, ruimte, milieu, klimaat, geluid, water, natuur, veiligheid, gezondheid en meer] en participatie) zijn bijzonder groot. De (gebieds)opgave wordt centraal gesteld en niet meer het beleid. Het is de beoogde shift van verantwoordelijkheden van de systeemwereld (van overheden) naar de belevingswereld van de samenleving.
Per gemeente via Omgevingsvisie naar Omgevingsplan
Iedere gemeente staat voor de uitdaging om een Omgevingsvisie te ontwikkelen en te vertalen in een integraal Omgevingsplan. Afhankelijk van de visie binnen de gemeente op besturen (bijvoorbeeld ‘consoliderend, calculerend, onderscheidend of vernieuwend’, Lammer, Van Brunschot 2016) en het specifieke karakter van de gemeente zelf (het DNA), zullen de Omgevingsvisie en het Omgevingsplan participatief tot stand moeten komen. De Omgevingswet verplicht tot wel participatie, maar schrijft de vorm niet voor.
"Dit vraagt een 180º omkering in het werken van veel gemeentelijke organisaties en hun interacties met de samenleving."
Dit plan zal in al zijn
detaillering digitaal beschikbaar moeten komen en initiatiefnemers in staat stellen
om voor ieder deelgebied (uiteindelijk tot op locatieniveau) te bepalen wat de
mogelijkheden zijn. Regelt het bestemmingsplan de plek 'dicht' (wat mag alléén op een plek), het Omgevingsplan
regelt de plek 'open' (wat mag allemaal
op een plek). Op deze wijze wordt handen en voeten gegeven aan het eerste
deel van de ondertitel van de wet: ‘van regels naar ruimte’, startend vanuit de
‘opgave voor dat gebied’. Samenleving en overheid definiëren samen de
kwaliteiten van een (deel-)gebied en leggen die vast in een plan (voorbeelden: de
(integrale) Apeldoornse kookboeken en het (sectorale) kookboek van Molenwaard).
Activiteiten die geen afbreuk hieraan doen zijn toegestaan al dan niet
gekoppeld aan een vergunningplicht of algemene regel (vergunningsvrij).
Wat betekent dit voor de organisatie van evenementen?
De ruimte die voor initiatieven zoals evenementen ontstaat, zal verschillen per gebied in een gemeente. Binnen de gemeentelijke kaders zullen de functies per gebied toegewezen worden. Het is voor de leisure en de evenementensector van belang om op het lokale niveau te bepalen, of en zo ja, op welke wijze zij, al dan niet strategisch vanuit een gebiedsverhaal, betrokken wil of kan zijn in het proces van deze functietoewijzing. Juist in de (strategische) betrokkenheid kan de ruimte binnen de regels ontstaan voor initiatieven in de toekomst, waar mogelijk zonder vergunning. Als de ruimte groot is, dan vallen initiatieven sneller binnen de kaders van het Omgevingsplan en is er in de toekomst géén Omgevingsvergunning nodig. Past het evenement niet binnen de beschikbare ruimte, dan zal er een Omgevingsvergunning aangevraagd moeten worden. Langs deze weg kan een straat- of wijkfeest vergunningsvrij worden gemaakt en blijft het hardloopevenement Tilburg Ten Miles (op onderdelen) vergunningplicht gegeven de schaalgrootte.
Daar doet zich opnieuw een keuze voor. Als het gaat om een éénmalig initiatief
dan kan de afwijking van het Omgevingsplan via de Omgevingsvergunning geregeld
worden. Hiervoor geldt de bestaande, korte procedure (8 weken tot besluit, plus
6 weken voor bezwaar). Mocht het evenement vervolgens toch opnieuw
georganiseerd worden, dan moet deze procedure opnieuw doorlopen worden. Als het
plan is om het evenement te herhalen, dan is het voor de hand liggend om ervoor
te kiezen om het Omgevingsplan te wijzigen. Hiervoor geldt de uitgebreide
procedure (26 weken tot besluit, 6 weken voor zienswijze. Na wijziging van het
Omgevingsplan hoeft dan vervolgens in de toekomst in het algemeen geen
vergunning meer aangevraagd te worden als het evenement binnen de regels blijft
die in het Omgevingsplan zijn gesteld. Wordt om welke reden afgeweken worden
van deze regels dan zal alleen voor deze afwijking een vergunning aan de orde
zijn.
Het streven van de Omgevingswet is erop gericht om waar mogelijk alle aspecten die van invloed zijn op de duurzaamheid en de kwaliteit van de fysieke leefomgeving te regelen binnen het kader van het Omgevingsplan. Juist bij evenementen blijkt dat dit echter niet 100% mogelijk zal zijn. 70-80% van de noodzakelijke regelgeving kan tot stand komen onder de vlag van de fysieke leefomgeving via het Omgevingsplan. De overige 20-30% zullen nog steeds via de burgemeestersbevoegdheden onder de noemer van de openbare orde en veiligheid geregeld moeten worden. Hiervoor moet een Evenementenvergunning aangevraagd worden. Zo kan en moet de geluidsoverlast van de muziek op podia geregeld via het Omgevingsplan, maar kan dat niet voor de dronken huiswaarts kerende bezoeker. Waar de grens in de praktijk komt te liggen, is afhankelijk van het kader dat met de gekozen bestuurlijke werkwijze, het lokale DNA, de Omgevingsvisie en het Omgevingsplan gecreëerd wordt.
Op pad
De Omgevingswet wil de voorwaarden creëren om in de nabije toekomst eenvoudig en doorzichtig, flexibel, waar mogelijk snel en effectief te reageren op de maatschappelijke uitdagingen waarmee de fysieke leefomgeving te maken heeft, zoals de klimaat- en duurzaamheidsopgave. Juist voor evenementen blijkt in de toekomst niet zozeer het nagelschaartje, maar het kartelschaartje gebruikt te blijven worden. Voor evenementen blijft de evenementenvergunning noodzakelijk, al dan niet in combinatie met een Omgevingsvergunning (als er afgeweken moet worden van het Omgevingsplan). De afbakening in de regelgeving verschilt per gebied, per schaalgrootte van het evenement, de lokale bestuurscultuur, de kwaliteiten van de locatie, de participatie van de omgeving enzovoort. Ondanks dit alles, biedt de Omgevingswet aan evenementen meer ruimte. Het is aan de evenementenorganisatoren om de kansen te creëren.
Over de auteurs:
Ger Pepels is docent transformative social innovation en stakeholdermanagement bij Breda University of Applied Sciences.
Wim Tijssen is programmamanager Omgevingswet Tilburg én adviseur-docent Academie voor Openbaar Bestuur
Bronnen:
- Bayer, M., Jager, J., Gevraagd: actieve opstelling van de Raadsleden. Wat moet de gemeenteraad met de Omgevingswet, ROm, jaargang 36, #03, maart 2018
- Lammers, K., Van Brunschot, A., Bewust kiezen voor de meest passende aanpak, 2016
- Rotmans, J., De omgevingswet als transitie-opgave, Stedennetwerk G40, mei 2018
- Van Doorn, F., Evenementen, wat doen we er mee? Tijdschrift voor Bouwrecht, nr. 11, november 2014