Kantelpunt in toerisme: vliegtuig groter dan auto
Vandaag op de Vakantiebeurs presenteert NBTC-NIPO Research trends van de Nederlandse vakantiemarkt. Met een totale besteding van 21 miljard, hebben Nederlanders in 2019 3 procent meer aan vakanties besteed dan in 2018. Afgelopen jaar is 84 procent van de Nederlanders op vakantie geweest. Gemiddeld gingen Nederlanders 2,8 keer op vakantie, zo blijkt uit de jaarresultaten van het ContinuVakantieOnderzoek 2019. Opvallende ontwikkeling is dat voor het eerst het aantal vluchten naar vakantiebestemmingen groter is dan de autoritten naar een destinatie.
Voor het milieu is dit geen gunstige ontwikkeling. Toch is duidelijk waarneembaar dat de consument bezorgd is om het milieu. De trein wordt fors vaker gebruikt om vakantiebestemmingen te bereiken. Door de verbetering van de railinfrastructuur en de service wordt de trein snel geliefd.
Trein snel populair
In 2019 hebben Nederlanders weer meer vakanties naar het buitenland ondernomen. Marieke Politiek: "Opvallend is dat we minder vaak naar landen zoals Duitsland, Frankrijk en Spanje gaan, maar vaker plekken bezoeken buiten Europa zoals Bali en Florida. Het is dan ook geen toeval dat het aantal vliegreizen is toegenomen (3%) en het aantal vakanties met de auto is afgenomen (-3%). Dit jaar heeft het vliegtuig voor het eerst de auto ingehaald als meest gebruikte vervoermiddel bij buitenlandse vakanties. Daarnaast zien we dat vakanties met de trein ook steeds populairder worden (+27%).”