Rabobank verwacht prima 2021 voor verblijfsrecreatie
De Rabobank verwacht voor 2021 een goed jaar voor de Nederlandse verblijfsrecreatie. Belangrijke voorwaarde is dat in de schouderseizoenen het inkomend toerisme uit de buurlanden weer op gang komt. In de zomer zorgen Nederlandse gasten, net als in 2020, voor een topbezetting.
Ondanks de mooie zomer was 2020 een zwaar jaar voor de Nederlandse verblijfsrecreatie. Vooral door een slecht voor- en naseizoen daalde het aantal overnachtingen op op vakantieparken met 20% en op campings met 5%. Vooral de groei van het aantal binnenlandse gasten (+20%) in combinatie met hogere tarieven zorgden ervoor dat de schade voor de bedrijven beperkt bleef.
Groei van 5% ten opzichte van 2019 mogelijk
Voor de zomer van 2021 verwacht Rabobank dat vooral gasten uit Nederland zullen zorgen voor volle parken. De crux zit in de schouderseizoenen (perioden tussen hoog- en laagseizoen). Als het mogelijk is in die perioden ook buitenlandse gasten te ontvangen, voorzien de deskundigen van de bank zelfs een groei van 5% ten opzichte van 2019.
Wachten op terugkeer van buitenlandse gasten
De terugkeer van de buitenlandse gast is voor de sector op de lange termijn heel erg belangrijk. De afgelopen jaren zorgde de groei van het toerisme uit het buitenland voor een toename van het aantal overnachtingen op vakantieparken en campings. Vooral de gasten uit onze buurlanden België en Duitsland zijn essentieel voor dit herstel. In 2012 was het aandeel overnachtingen van de buitenlandse gast op de Nederlandse vakantieparken nog één op vier. In 2019 is dit gegroeid naar één op de drie nachten. Ook campings zien steeds meer buitenlandse gasten. Zo kwam in 2012 één op de zes overnachtingen van gasten uit het buitenland, wat groeide naar één op vier.