Geplaatst op: 14-09-2021
Auteur: Ben Offringa
Breda University of Applied Sciences
Publicatie: Vrijetijdstudies 2021-02

Het Vakantiepark in Nederland

Trends, feiten, scenario’s, toekomstperspectief

Het Vakantiepark in Nederland

Boekbespreking door Ben Offringa

Op mijn bureau ligt een lijvig en zwaarwichtig boek, letterlijk. De felle kleuren op het omslag -groen, geel en blauw- passen helemaal in de marketingtraditie van één van de leukste dingen in het leven: vakantie. Daar hebben we na corona zo’n behoefte aan. Veel van deze vakanties spelen zich in de zomer van 2021 af op Nederlandse vakantieparken. Alle reden dus om met interesse van deze nieuwe uitgave kennis te nemen.

Voordat ik aan een boek begin heb ik een verwachting. Van dit boek hoop ik dat het me niet alleen kennis laat maken met de sector, maar ook dat het wat prikkelende inzichten biedt die me aan het denken zetten. We zullen zien.

Dit boek wil volgens de inleiding een overzicht verschaffen over de belangrijkste aspecten van een vakantiepark in Nederland. Iemand die een vakantiepark wil gaan runnen, of een student die zich oriënteert op dit werkveld, heeft met dit boek een handzame tour d’horizon te pakken.

De term ‘vakantiepark’ lijkt helder, maar niets is minder waar. Een hele bijlage is aan de overwegingen gewijd hoe de auteur tot een definitie kwam. Hij koos voor een zo inclusief mogelijke benadering waardoor zowel bungalowparken, chalet-/stacaravanparken, campings en allerlei mengvormen daarvan tot het begrip vakantiepark worden gerekend. Zijn definitie luidt: ‘Een vakantiepark is een terrein met een verblijfsrecreatieve bestemming dat op zichzelf een eenheid vormt en als zodanig (visueel) van de omliggende bebouwing is afgeschermd.’ Als minimumgrens gelden 10 slaapplaatsen of 4 standplaatsen voor eigen gebruik of toeristisch verhuur.

Het boek opent met een uitgebreid hoofdstuk over de omvang van de vakantieparkensector in Nederland. Aan de ene kant is dit prettig, immers, want waar hebben we het eigenlijk over. Aan de andere kant verhullen vrijwel paginagrote tabellen met CBS-gegevens de grote lijnen en maken ze het boek ook minder toekomstbestendig. Ook is het niet een spannende binnenkomer, maar het past absoluut bij het doel van het boek: een overzicht bieden.

Vervolgens komt de geschiedenis van de vakantieparken in Nederland aan de orde. Het laat per decennium helder zien dat de ontwikkeling van vakantieparken een weerspiegeling is van wat in de maatschappij gebeurde. Kamperen werd in het begin van de twintigste eeuw beschouwd als zondig en losbandig gedrag, naar goed Nederlands gebruik onmiddellijk gereguleerd met kampeerbewijzen en dergelijke. We leven nu in een andere tijd. De ontwikkelingen van vakantieparken in een notendop: ze worden in de loop der tijd steeds groter, krijgen meer kwaliteit, worden meer professioneel gerund, werken meer in keten-verband, en deze ketens worden steeds internationaler.

Het derde hoofdstuk geeft inzicht in de gast. Naast de meer bekende segmentaties naar onder meer herkomst, demografie en psychografie geeft dit hoofdstuk ook een minder gebruikelijke benadering. Hoe een gast het verblijf op een vakantiepark ervaart kan ingedeeld worden volgens een methode uit de gaming industrie: het Hormonale Activatie Stelsel (HAS). Bij bepaalde activiteiten worden in het lichaam specifieke hormonen aangemaakt die zorgen voor een goed gevoel. Daarin worden vier categorieën onderscheiden: voldoening door inspanning: goed gevoel door eigen prestatie; vloeiende voldoening: goed gevoel door verrast en verwonderd te zijn; sociale voldoening: goed gevoel door interactie met anderen; en tenslotte voldoening uit kennis en inzicht: goed gevoel door ergens iets van opgestoken te hebben. Dit is een interessante benadering. Het is alleen zo jammer dat de auteur er niet verder op doorgaat, het blijft bij een beschrijving. Een ondernemer heeft baat bij een concretere uitwerking: immers wat moet je er nou mee in de dagelijkse praktijk? Misschien is dit iets voor een vervolgpublicatie?

De volgende hoofdstukken gaan in op het vakantiepark vanuit back-office perspectief, er moet tenslotte een business gerund worden. Vragen komen aan de orde als: welke businessmodellen zijn er, hoe kunnen investeerders (particulier en zakelijk) geïnteresseerd worden, hoe bereken je de waarde van een vakantiepark? Praktijkvoorbeelden vanuit Center Parcs Sandur verhelderen deze materie.

Vakantieparken zijn grondgebonden. Daarmee hebben ze te maken met ruimtelijke wetgeving, zoals de omgevingswet, en andere wetgeving en regulering die vaak samenhangt met de specifieke locatie in een gemeente of provincie. Het is voor een vakantieparkondernemer van levensbelang om werkbare relaties te onderhouden met deze overheden om de eigen belangen in de politieke en ambtelijke afwegingen mee te laten spelen. Daarnaast is onderlinge samenwerking van ondernemers in de regio een belangrijk aspect, bijvoorbeeld in de toeristische marketing.

Het boek eindigt met vijf ‘scenario’s’ voor vakantieparken, gevat in een structuurmodel waarin vakantieparken kunnen worden ingedeeld (zie afbeelding). Het boek noemt dit scenario’s, wat veronderstelt dat er een ontwikkeling te onderkennen zou moet zijn maar dat is helaas hier niet het geval. Op de horizontale lijn staat wat voor de consument een optimale beleving is: aan de ene kant fun (vermaak bv. een bingo-avond) en eigen prestatie (actief bv. mountainbiken) aan de andere kant. Middenin bevindt zich een rustpunt. Een klant kan immers ook een optimale beleving hebben als hij even niets doet. Deze as is een duidelijke referentie naar een deel van het Hormonale Activatie Stelsel (HAS) in hoofdstuk 3. Op de verticale as staat of het vakantiepark het gebodene in eigen beheer aan de klant aanbiedt of dat men de activiteit uitbesteedt. Deze as is een beetje raadselachtig, want van totaal andere orde. Er ligt ook geen relatie met de HAS.

Het bestuderen van dit model levert me gemengde gevoelens op: ik weet niet goed wat ik er mee moet. Zeker, je kunt op grond van het karakter een vakantiepark ergens in het model plaatsen. Door meerdere parken met elkaar te vergelijken wordt duidelijk hoe deze parken zich ten opzichte van elkaar onderscheiden. Het model deelt in, maar heeft geen voorspellende waarde. Dat hoeft ook niet natuurlijk, maar als sluitstuk van een hoofdstuk over de toekomst van vakantieparken verwacht ik dat wel. Dat is een gemiste kans. Misschien ook iets voor een volgende uitgave?

Maar om met een positieve noot te eindigen: de uitgebreide praktijkcases die als hagelslag door deze uitgave zijn gestrooid zijn zeer verhelderend. De soms zeer eigenzinnige levenshouding van menig vakantiepark-ondernemer komt prachtig naar voren. Mooi wel die houding, want dat komt de diversiteit van de vakantieparken zeer ten goede.

Rolf Nijdam vermijdt een overdaad aan vakjargon. Daarmee is het boek bruikbaar voor beginners in het vak. Hij steunt op vele bronnen. Het ‘hoppen’ van bron naar bron geeft de tekst op enkele plekken wel een wat fragmentarisch karakter. Daardoor blijft de visie van de auteur onderbelicht. Iets meer afstand nemen tot de bronnen had bijgedragen tot een evenwichtiger tekst.

Mijn eigen verwachting ten aanzien van dit boek is niet helemaal uitgekomen. Ik had toch op iets meer visie gehoopt. Maar dat daargelaten biedt ‘Het Vakantiepark in Nederland’ inderdaad een handzaam overzicht voor al die personen die zich op het runnen van een vakantiepark willen oriënteren. Deelnemers aan ‘Ik vertrek’ zouden zich na lezing van dit boek nog eens achter de oren hebben gekrabd alvorens zich in het avontuur te storten: het is een nogal complex geheel, zo’n vakantiepark.

Trefwoorden: verblijfsrecreatie, vakantieparken, bungalowparke, campings, kampeerterreinen

CELTH
 





   

   

   
   
   

   

||| Nieuws |||

23/12/24
Daglichtoplossingen voor hotels en conferentiecentra
Het benutten van daglicht in hotels en conferentiecentra biedt veel voordelen. Het maakt gemeenschappelijke ruimtes aantrekkelijker en zorgt ervoor dat gasten zich prettiger voelen.
23/12/24
Terugblik op de grootste editie van Recreatie Vakbeurs 2024
De afgelopen editie van Recreatie Vakbeurs was onvergetelijk: meer dan 8.000 bezoekers, ruim 340 exposanten en een overvloed aan inspiratie, innovaties en waardevolle ontmoetingen. Een maand later blikken we terug op wat deze editie zo bijzonder maakte.
18/12/24
Laag vpb-tarief niet effectief voor mkb-bedrijven
Het lage tarief in de vennootschapsbelasting (vpb) is niet geschikt om het midden- en kleinbedrijf (mkb) te ondersteunen. De voordelen komen bij niet-mkb bedrijven terecht, meldt CPB. Het grootste deel van de bedrijven in toerisme en recreatie zijn mkb-bedrijven.
12/12/24
Exclusief voor leden
Beste leerbedrijf recreatie in 2024 Hof van Saksen
Woensdag 11 december zijn tijdens De Dag van de Recreatie op Circuit Zandvoort de winnaars van de recreatieverkiezingen feestelijk bekendgemaakt. Het beste leerbedrijf is Hof van Saksen.
10/12/24
Lancering broodje Utrechtse Heuvelrug: Een smakelijke stap naar duurzaamheid
De Utrechtse Heuvelrug heeft er een smakelijk nieuw product bij: het broodje Utrechtse Heuvelrug. Het broodje is eerlijk geprijsd bestaat volledig uit lokale producten van natuurlijke landbouw op de Utrechtse Heuvelrug.
09/12/24
Exclusief voor leden
Horecabeurs Goes scherpt regels voor bezoek aan
In maart 2025 viert de Horecabeurs Goes haar 61e editie. Onder leiding van eventmanager Mathias Koeman zet de beurs dit jaar in op een ambitieuze kwaliteitsverbetering. Vooral het beleid voor de tickets wordt verscherpt naar vakpubliek.
05/12/24
Relatief veel problematische schulden in vrijetijdssector
Zes procent van de Nederlandse bedrijven ervaart de schuldenlast als problematisch. Daarbij staat de horeca aan top en ook cultuur, sport en recreatie scoren hoog.
04/12/24
Laatste maand om subsidie voor cyberweerbaarheid aan te vragen: vrijetijdssector loopt achter
Meer dan de helft van het budget voor de subsidieregeling ‘Mijn Cyberweerbare Zaak’ is inmiddels aangevraagd. Maar weinig aanvragen komen uit horeca, cultuur en recreatie. Nog tot en met 31 december 2024 kunnen bedrijven een aanvraag doen.