Toeristisch Zeeland en Overijssel hersteld van pandemie….of niet?
Maandag kwam het CBS met de jaarcijfers 2021 over het Nederlands toerisme. Dat was nog geen juichverhaal. Het aantal binnenlandse gasten groeide verder door maar vanwege het massaal wegblijven van de buitenlandse gasten kijken Nederlandse logiesaccommodaties aan tegen een achterstand aan van 17% in overnachtingen ten opzichte van 2019.
In het kielzog van het CBS komen ook de regio’s met de analyse van de ontwikkelingen in hun gebied. Vandaag trappen Zeeland en Overijssel af. Hoe is het deze regio’s in het tweede jaar van de pandemie in toeristisch opzicht vergaan. En zien we verschillen?
Zeeland: weer op pre-coronaniveau
Zeeland kon 11,1 miljoen overnachtingen van toeristen registreren en kwam daarmee met een groei van 23% ten opzichte van 2020 weer op pre-coronaniveau. Vooral Nederlanders wisten Zeeland te vinden. Dat meldt het HZ Kenniscentrum Kusttoerisme. Ondanks de lockdown in de eerste vier maanden van 2021 en fluctuerende maatregelen in de rest van dat jaar steeg het aantal overnachtingen van Nederlandse toeristen in Zeeland ten opzichte van zowel 2020 (+49%) als 2019 (+57%). Zij wisten daarmee de teruggang van het aantal buitenlandse gasten te compenseren. Het aantal overnachtingen van buitenlandse toeristen zakte met 10% ten opzichte van 2020 verder weg wat resulteerde in een teruggang met 44% ten opzichte van 2019. Het aantal Duitse overnachtingen daalde in 2021 nog eens met 16%, terwijl de Belgen 16% meer overnachtingen in Zeeland doorbrachten dan in 2020.
Ondanks het feit dat de overnachtingscijfers weer op peil zijn, is in 2021 nog geen sprake van volledig herstel in het toerisme. Wanneer ingezoomd wordt op de verschillende vormen van logiesaccommodaties zijn grote verschillen te zien. Waar kampeerterreinen en huisjesterreinen (bungalowparken en verhuurchalets op campings) hun overnachtingscijfers weer flink zagen groeien, zag de hotelsector in 2021 slechts een licht herstel. Weliswaar registreerde de hotelsector 11% meer overnachtingen dan in 2020; het is nog altijd 20% lager dan in 2019. Ook de groepsaccommodaties hadden in 2021 nog altijd 34% minder overnachtingen dan in 2019.
Bedrijven met overnachtingsmogelijkheden vertellen evenwel maar een deel van het verhaal. De Zeeuwse horeca heeft het nog moeilijk en ook het incasseringsvermogen van attracties en musea is op de proef gesteld. Bijna de helft van 2021 moest men noodgedwongen sluiten vanwege de coronamaatregelen. Mede dankzij het matige zomerweer verliep het hoogseizoen voor de meeste attracties en musea nog behoorlijk goed. De meeste publieksevenementen konden niet doorgaan en veel groepen annuleerden hun bezoek. Vanuit een peiling bij attracties bleek dat 2021 wel wat beter was dan 2020; tweederde heeft het jaar kostendekkend kunnen afsluiten, in 2020 was dit de helft. Uit bezoekcijfers van de musea blijkt eveneens een licht herstel. In 2020 moesten de musea meer dan de helft van hun bezoekersaantallen inleveren. In 2021 was er sprake van een stijging, maar is het bezoekersaantal nog altijd 43% lager dan in 2019.
Het HZ Kenniscentrum Kusttoerisme is op basis van de verwachting van het NBTC redelijk positief over 2022. Dit jaar zal het inkomend toerisme aantrekken, het eerst uit de ons omringende landen. Het toerisme in eigen land zal naar verwachting stabiliseren of licht dalen omdat meer Nederlanders weer op vakantie naar het buitenland gaan. Voor Zeeland betekent dit naar alle waarschijnlijkheid een groei in het aantal overnachtingen: de Duitse en Belgische markt zijn onze belangrijkste herkomstmarkten.
Overijssel: zelfs groei ten opzichte van 2019
Marketing Oost zag vorig jaar in Overijssel 7,7 miljoen toeristische overnachtingen. Dit is een stijging van 29% ten opzichte van 2020. Gemiddeld in Nederland was deze stijging 19% endarmee doet Overijssel het relatief goed. De toename met 1,7 miljoen overnachtingen in Overijssel is voor het overgrote deel te danken aan de binnenlandse gast. Shelly van Winden, adviseur Strategie en Onderzoek van MarketingOost constateert: "Ook in dit tweede Coronajaar bleven veel mensen in Nederland en daarbij wisten ze Overijssel goed te vinden”. Overijssel is na Zeeland de provincie met de grootste groei.”
Hoewel het aantal overnachtingen door buitenlandse toeristen een klein plusje (4%) liet zien ten opzichte van 2020, is dit met in totaal ongeveer 500 duizend overnachtingen minder dan de helft van het aantal dat Overijssel in 2019 mocht verwelkomen. Van de buitenlandse gasten kwam de meerderheid uit Duitsland. Vergelijken we de overnachtingen van zowel binnenlandse als buitenlandse gasten tussen 2019 met 2021 dan zien we dat het toerisme in Overijssel met 6% is gegroeid.
Alle accommodatietypen in Overijssel laten een stijging ten opzichte van 2020 zien. Kampeer- en huisjesterreinen wisten zelfs meer overnachtingen dan in 2019 te noteren. Hotels en groepsaccommodaties hadden het nog lastig en zijn nog niet terug op het niveau van voor de crisis.
Conclusie
Logiesaccommodaties in zowel Zeeland als Overijssel zijn van de pandemie in aantallen overnachtingen hersteld. Overijssel groeide zelfs. De forse groei in overnachtingen van Nederlandse gasten heeft de sterk ingezakte buitenlandse vraag gecompenseerd. Daarmee doen deze provincies het beter dan Nederland als geheel waar de achterstand nog 17% is. Dat Overijssel goed door deze crisis is gekomen, is in deze provincie vanwege het relatief kleine aandeel buitenlandse gasten (17% in 2019) niet zo verwonderlijk. Speciaal is het verhaal van Zeeland dat met een aandeel van 57% kwetsbaar leek maar met een flinke groei van het aantal binnenlandse toeristen het verlies wist te compenseren. Grootste risico is de Nederlandse gast die na twee jaar ‘gedwongen’ Nederland deze zomer wellicht en masse uitvliegt naar het buitenland. Als het inkomend toerisme dan niet aantrekt, zitten deze regio’s in 2022 ineens weer met een dip.