Brancheorganisaties tegen te snelle verhoging minimumloon
Meer dan twintig
brancheorganisaties die tienduizenden werkgevers vertegenwoordigen,
overhandigen vandaag in Den Haag een petitie aan leden van de Eerste Kamer.
"Voer een minimum uurloon niet in op basis van een 36-urige werkweek”, zo luidt
de oproep. Onder meer HISWA-RECRON zit in deze protestgroep.
De uitleg over de petitie:
"Die stap per januari 2024 gaat te snel ineens. Kies eerst voor 38 uur en
verlaag tegelijk de werkgeverslasten. Het geld is er. Het zit in de pot die met
sociale premies is gevuld en eind dit jaar 34 miljard euro bevat.” De
ondernemers pleiten nadrukkelijk voor een integrale aanpak van alle uitdagingen
die op hun bord belanden. In veel sectoren met een langere werkweek dan 36 uur die
vaak zijn vastgelegd in cao’s betekent een nieuwe minimum uurloonnorm opnieuw
een forse loonkostenstijging die kan oplopen tot 11% in 2024.
Kwart hoger minimumloon
Het minimumloon is in
januari 2024 -teruggerekend vanaf 1 januari 2022- met een kwart gestegen als
het voorstel zoals het er nu ligt groen licht krijgt van de Eerste Kamer.
Werkgevers moeten alle loonkosten opbrengen, maar door de omstandigheden van
afgelopen jaren ontbreekt het ondernemers aan buffers om stoten op te vangen.
Het commentaar van de brancheorganisaties, onder meer voor winkel en de vrijetijdsindustrie:
"Nederland verdient aantrekkelijke winkelgebieden waar mensen graag komen, maar
alsmaar stijgende lasten voeren de druk op ondernemers op in de detailhandel en
ambachten, op markten en in de recreatie en horeca en dat gaat gevolgen hebben.”
Wens: invoering faseren
Een gefaseerde
invoering van de nieuwe urennorm voor het minimum, is beter te verwerken in de
bedrijfsvoering, stellen de werkgevers. Ook omdat onduidelijk blijft hoe het
kabinet de alsmaar stijgende werkgeverslasten wil verlagen. De
brancheorganisaties wijzen er op dat een minimumloonstijging doorwerkt in het
volledige loongebouw, want voor het goed functioneren ervan is het belangrijk
differentiatie in functies en ervaringsjaren te behouden. Een loonstijging aan
de onderkant duwt daarmee alle lonen omhoog.
Ondernemers bang voor aanhoudende inflatie
Ondernemers in onder
andere de detailhandel, ambachten en ambulante handel hebben begrip voor de
versnelde stijging van het minimum loon afgelopen januari. Koopkrachtbehoud
voor werknemers is belangrijk. Alle kosten die ondernemingen maken, worden
uiteindelijk wel direct of indirect doorberekend aan consumenten en
eindgebruikers. Dat kan leiden tot aanhoudende inflatie, terwijl die juist
gedempt moet worden.
Als de Eerste Kamer
akkoord gaat met dit wetsvoorstel heeft dat impact op het investeringsvermogen
en daarmee de continuïteit van ondernemingen in heel Nederland. De
brancheorganisaties die de handen ineenslaan, wijzen de Eerste Kamer ook op het
onafhankelijke onderzoek van Panteia. Dat toont ondubbelzinnig aan dat bij
gelijkblijvende omzet een groot deel van de ondernemers in 2023 in de problemen
komt. In die situatie is iedere extra kostenstijging een nieuwe dreun.
Welke brancheorganisaties ondertekenen de petitie?
De volgende
brancheorganisaties (alfabetische volgorde) ondertekenen de petitie die vandaag
aan Eerste Kamerleden wordt aangeboden: ANKO (kappersorganisatie), AVN
(Ambachtelijke Versdetailhandel Nederland), Cumela (grondverzetbedrijven), CVAH
(Centrale Vereniging Ambulante Handel), Dibevo (dierenspeciaalzaken,
HISWA-RECRON, INretail, KNDB (Kon. Ned. Drogisten Bond, KNS (Koninklijke
Nederlandse Slagers), NBOV (brood- en banketbakkers), Nederlandse
veiligheidsbranche, NSO Retail (tabak en gemak), NVER (o.a.
muziekwinkels), Poeliersbond, RND (Raad Nederlandse Detailhandel), Techniek
Nederland, Tuinbranche Nederland, Vakcentrum, VBW (Vereniging Bloemist
Winkeliers), VGL (levensmiddelen), VNV (Visspecialisten).