Perspectief 2030: Iedere Nederlander moet profijt hebben van toerisme. Hoe dan!?
In Perspectief 2030, de visie voor toeristisch Nederland, staat dat in 2030 iedere Nederlander profijt moet hebben van toerisme. Een hele ambitieuze doelstelling. Grote vraag is hoe we dat precies kunnen realiseren.
Daarvoor moeten we een stapje terug doen en ontrafelen wat ‘profijt’ precies is. Met die vraag is de Koplopersgroep Bewonersprofijt aan de slag gegaan. Zij hebben nu hun eerste tussentijdse rapport gepresenteerd. Daarin wordt bewonersprofijt ontrafeld en dat blijkt nogal gecompliceerd te zijn.
Definitie bewonersprofijt
De definitie van bewonersprofijt die is ontwikkeld luidt: "De aanwezigheid van bezoekers op een plek en de activiteiten die zij hier ondernemen hebben impact op een bestemming. Bewonersprofijt gaat over het deel van die impact dat meerwaarde oplevert voor de bewoners”.
Om misverstanden te voorkomen stellen de schrijvers ook wat profijt juist niet is. Profijt is niet hetzelfde als steun. Maar profijt kan wel bijdragen aan steun, aan draagvlak. Profijt is ook niet hetzelfde als betrokkenheid. Maar betrokkenheid kan wel zorgen voor profijt.
Impact en profijt
Bewonersprofijt wordt gevormd door drie soorten effecten: economische impact, sociale impact en impact op de leefomgeving. Slechts een deel van deze effecten levert meerwaarde op voor de bewoners van een gebied en dat noemen we dan bewonersprofijt.
Feitelijke en gepercipieerde profijt
Om het nog een stapje ingewikkelder te maken is er ook sprake van feitelijke versus gepercipieerde profijt. Bewoners hoeven bepaalde positieve impacts niet feitelijk als profijt te ervaren. Zelfs een ogenschijnlijk universele positieve impact als werkgelegenheid hoeft niet door iedereen als meerwaarde gezien te worden. Zo kan een inwoner ook vinden dat zijn of haar gemeente juist te afhankelijk is van toerisme. Daarbij komt dat bewoners zich niet altijd bewust zijn van de positieve effecten. Denk bijvoorbeeld aan een bewoner voor wie een deel van het inkomen afhangt van toerisme of die profiteert van de investeringen die vanwege toerisme gedaan worden in de natuurlijke leefomgeving, waarbij deze persoon zich niet bewust is van het bestaan van de impacts en/of de relatie met toerisme. Dat alles heeft tot gevolg dat er sprake kan zijn van feitelijk profijt zonder dat er sprake is van ervaren profijt. Het tegenovergestelde is ook mogelijk: er kan sprake zijn van ervaren profijt zonder dat er sprake is van feitelijk profijt.
Individuele en collectieve profijt
Bewonersprofijt kan ontstaan op twee niveaus: het niveau van de inwoner (individueel) en het niveau van de gemeenschap (collectief). Bestedingen van toeristen, kunnen bijvoorbeeld leiden tot een groei van de lokale economie (collectief) en tegelijkertijd tot een hoger inkomen voor specifieke bewoners (individueel).
Sturen op bewonersprofijt
Wat in ieder geval duidelijk is geworden is dat sturen op bewonersprofijt al gauw complex en uitdagend is. Bij het ontwikkelen van maatwerkinterventies is het de stem van de bewoners die centraal moet staan. Een goed deel van het gepercipieerde profijt is namelijk terug te voeren op de mate waarin bewoners zich al dan niet gehoord voelen met hun wensen en behoeftes. Voorbeelden van trajecten gericht op bewonersprofijt zijn nog dun gezaaid. Dit maakt het een relatief intui?tief proces van learning by doing. Het eindresultaat is meestal onzeker en vraagt bereidheid om zowel aanpak als doelstellingen gaandeweg aan te passen. De vier cases in de publicatie ‘Hoe bezoek bijdraagt aan bewonersprofijt’ zijn hier mooie voorbeelden van.
Conclusie
De nationale ambitie dat iedere inwoner profiteert van toerisme, moet wat de koplopersgroep betreft niet alleen gelezen worden in het kader van feitelijk collectief profijt, maar juist ook van ervaren individueel profijt. Dat zijn grote ambities die om zowel de juiste interventies maar ook om een goede meetmethodiek vragen. Daarmee gaat de koplopersgroep de komende jaren aan de slag.