Utrechtse recreatiegebieden moeten op zoek naar nieuwe verdienmodellen
Diverse recreatiegebieden in de provincie Utrecht moeten alle dagen van het jaar openbaar en veilig toegankelijk voor publiek. De eigenaren krijgen daarvoor 2,8 miljoen euro tot en met 2018 voor het beheer, maar moeten ook op zoek naar nieuwe verdienmodellen. Dat zijn een paar afspraken uit de overeenkomst die Utrechtse overheden en natuurbeheerorganisaties op 3 maart sloten.
Het gaat bij deze afspraak om het beheer van een aantal ‘Recreatie om de Stad-gebieden’ in de regio Utrecht. Dat zijn Wielrevelt en Klein Limburg in Haarzuilens, het Gagelbos ten noorden van Utrecht, het IJsselbos in IJsselstein en bos Nieuw Wulven in Houten. Met deze afspraken benadrukken de betrokken partijen het belang van een groene structuur rondom Utrecht. Eerder was een financieel probleem ontstaan door de beslissing van het Rijk in 2011 om geen bijdrage meer te leveren aan Recreatie om de Stad (RodS).
Reactie Gedeputeerde
Gedeputeerde Bart Krol, voorzitter van de Stuurgroep RodS: "De gebieden bieden volop gelegenheid aan inwoners om rond de stad Utrecht te recreëren. Wandelen, fietsen, hardlopen, speelnatuur, picknicken, er is veel mogelijk. Ik ben blij dat we hier met alle betrokken partijen goede afspraken over hebben kunnen maken. Dit vergroot de kwaliteit van de leefomgeving en draagt bij aan de tevredenheid van inwoners van het gebied.”
Crowdfunding en exploitatie
Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en het Recreatieschap Stichtse Groenlanden zorgen voor het beheer van de gebieden. Om dat ook in de toekomst te kunnen doen, is afgesproken dat deze organisaties actief op zoek gaan naar nieuwe financiële middelen. Dat kan bijvoorbeeld door fondsenwerving, publieksacties (zoals crowdfunding) of door delen van het gebied door recreatieondernemers te laten exploiteren. Per gebied is het verschillend wat de mogelijkheden zijn.
2,8 miljoen euro beschikbaar
Alle betrokken partijen spannen zich in om randvoorwaarden te scheppen voor de financiering op de lange termijn. Het door de Stuurgroep beschikbaar gestelde budget van 2,8 miljoen euro kan dan ook deels worden gebruikt om investeringen te doen die het beheer in de toekomst mogelijk maken.