Aankondiging slavernijmuseum en ondersteuning erfgoed
Vandaag bood premier Rutte namens Nederland zijn excuses aan voor het
slavernijverleden. Dit heeft ook gevolgen voor erfgoed en voor het nieuwe
museum over het slavernijverleden.
Minister-president Mark Rutte heeft vanmiddag tijdens een toespraak excuses
aangeboden voor het handelen van de Nederlandse staat in het verleden: postuum
aan alle tot slaafgemaakten die wereldwijd onder dat handelen hebben geleden,
aan hun dochters en zonen, en aan al hun nazaten tot in het hier en nu. De
minister-president uitte zijn excuses in het Nationaal Archief in Den Haag in
aanwezigheid van vertegenwoordigers van organisaties die zich sterk maken voor
erkenning van de gevolgen van slavernij. In Suriname en op Aruba, Curaçao, Sint
Maarten, Bonaire, Sint Eustatius en Saba gaan leden van het kabinet na de
toespraak met betrokken organisaties en autoriteiten in gesprek over wat die
excuses ter plekke betekenen.
Mark Rutte: "We doen dit, en we
doen dit nu, om staande op de drempel van een belangrijk herdenkingsjaar, samen
de weg vooruit te vinden. We delen niet alleen het verleden, maar ook de
toekomst. Dus zetten we vandaag een komma, geen punt.”
Het kabinet stelt een
fonds van 200 miljoen euro beschikbaar voor maatregelen op het terrein van
bewustwording, betrokkenheid en doorwerking. Het komende herdenkingsjaar, dat
begint op 1 juli 2023, bestaat onder andere uit enkele grote, Koninkrijksbrede
evenementen. De Koning voelt zich persoonlijk zeer betrokken bij het onderwerp
en zal op 1 juli aanwezig zijn bij de herdenking en viering in Amsterdam.