Tweede Kamerleden ontvangen Toerisme Hartenkreet
Geef toerisme een plek in het coalitieakkoord
Herre Dijkema, voorzitter van Destinatie Nederland, heeft
maandagochtend 18 december in de Boardroom van de Breda University of Applied
Sciences (BUas) de Toerisme Hartenkreet overhandigd aan Thierry Aartsen, Tweede
Kamerlid voor de VVD. Daarbij sprak hij de wens uit dat toerisme in het
coalitieakkoord van de nieuwe regering wordt opgenomen.
De komende weken zullen alle Kamerleden met toerisme in hun
portefeuille een Toerisme Hartenkreet ontvangen.
Herre Dijkema wees er bij de overhandiging van de Toerisme
Hartenkreet en de daarbij horende ontbijtmand op dat toerisme een sector is die
groter is dan de landbouw en veel mensen van uiteenlopende opleidingen een baan
biedt. "Toerisme is bovendien een belangrijke ontspanningsfactor voor ons
allemaal. De sector is relevant en verdient daarom een plek in het
coalitieakkoord.”
Aansluiting met kennis en kunde
Dijkema greep de gelegenheid aan om te wijzen op twee
belangrijke thema’s die spelen bij toerisme en die ook in de Toerisme
Hartenkreet zijn opgenomen. Bij het eerste haalde Dijkema een onderzoek aan van
Dialogic in opdracht van het ministerie van EZ, waaruit bleek dat de
toeristische sector onvoldoende aansluiting heeft met de kennis, kunde en de
bestaande subsidieregelingen. "Ik houd daarom een warm pleidooi voor hulp en
beleid uit Den Haag om te zorgen voor de aansluiting van de toerismesector met
de kennis en kunde die er is.”
Het tweede thema is spreiding. Dijkema: "We willen dat daar
echt werk van gemaakt wordt. Het is in Nederland op sommige plekken soms heel
erg druk terwijl er ook plekken zijn waar nog ruimte genoeg is. Wij kunnen
ondanks onze marketing niet mensen verleiden naar die plekken te gaan, omdat er
niet altijd relevant en interessant aanbod is. Onze suggestie is daarom te
werken aan regiodeals en die in te zetten om relevant toeristisch aanbod te
ontwikkelen. Zodat uiteindelijk Nederland overal een prettige bestemming is en
blijft.”
Toerisme opnemen in integraal economisch beleid
Thierry Aartsen wees er in zijn reactie op geen voorstander te zijn
van een ‘minister van toerisme’. "Dan wordt het een hobby. Ik heb liever dat
toerisme wordt opgenomen in integraal economisch beleid. Voor mij zit de
meerwaarde van economie ook in de bijdrage aan de leefbaarheid, het
voorzieningenniveau in het land en de werkgelegenheid. Daarbinnen is de
gastvrijheidseconomie heel belangrijk. Een mooi voorbeeld is mijn woonplaats
Terheijden. Daar blijven winkel- en horecavoorzieningen overeind dankzij de
naburige campings waarvan de bezoekers tijdens het hoogseizoen veel geld
uitgeven bij die winkels en horeca.” Toerisme moet volgens Aartsen worden
gezien als een serieuze economische sector. "Momenteel is dat niet zo en in die
zin ondersteun ik jullie oproep om toerisme een serieuze plek te geven in de
economische visie van het Rijk.”
Heleen Huisjes, directeur Visit Brabant: "Toerisme is misschien wel de meest
integrale sector met natuur, leefbaarheid, brede welvaart, cultureel aanbod,
mobiliteit en uiteindelijk zelfs geluk. Daarom past het zo goed in integraal
economisch beleid.” Dijkema gaf nog een reden aan waarom toerisme moet worden
meegenomen in Rijksbeleid: "Onlangs becijferde het Wereld Natuurfonds dat er
tot 2050 1,5 miljoen Nederlanders bij komen. Bij gelijkblijvende groene
recreatieruimte per inwoner betekent dat een gebied van twee derde van de
Veluwe. Die ruimte is er niet, sterker: er ligt alleen maar meer druk op die
openbare ruimte.” Hij ziet het ook op provinciaal gebied: "In Gelderland worden
de komende jaren 100.000 woningen gebouwd. Er wordt echter niet nagedacht waar
de bijbehorende 220.000 inwoners straks moeten recreëren. Dat komt omdat de
verbinding met de eerdergenoemde thema’s niet wordt gezien.” Directeur Breda
Marketing, Hildegard Assies vulde aan: "Als je het eerder in de pijplijn kunt
meenemen, kun je het integraal aanpakken.”
Ronald Kleve (BUas): "Het past ook in een ontwikkeling die ik bij veel
ontwikkelaars zie: die willen geen huis, maar een thuis bouwen.”
Vraag aan de sector: "Hoe aanbod versterken"
Aartsen had op zijn beurt ook een vraag aan de toeristische
sector: "Hoe zorgen jullie dat alle ondernemers in de sector samenwerken om het
aanbod te versterken?” Dijkema pakte de handschoen op: "Wij proberen als DMO’s
de sector te inspireren met data, kennis en kunde. In die hoedanigheid hebben
we veel contact met de ondernemers. Daarbij komt dat zeker kleine ondernemers
niet de tijd hebben om naast hun dagelijkse bezigheden ook nog na te denken
over zaken als duurzaamheid of aanbod vergroten.” Huisjes maakte het concreet:
"In Brabant heb je talloze kleine Van Gogh-initiatieven gerund door
vrijwilligers. Wij ondersteunen dat met professionalisering en ASML investeert
in een hedendaagse uitstraling in Nuenen. Op deze manier steken we er lokale,
regionale en provinciale energie in. Opvallend is dan dat daar geen
Rijkssubsidie in wordt gestoken, terwijl dat met veel initiatieven uit
Amsterdam vaak wel gebeurt.”
Foto van links naar rechts: Jorrit Snijder, voorzitter
College van Bestuur BUAS, Hildegard Assies, directeur Breda Marketing, Herre
Dijkema, voorzitter Destinatie Nederland, Thierry Aartsen, Tweede Kamerlid VVD,
Heleen Huisjes, directeur Visit Brabant, Wesley Put, docent en onderzoeker BUAS,
Ronald Kleve, directeur Academy for Leisure & Events BUAS en Marco van
Leeuwen, docent aan Academy for Leisure & Events BUAS.
Naar de Toerisme Hartenkreet.